Generatie 20 - deel 2, Oasis Landing
Thuis viel Saul terug in de liefdevolle doch lawaaiige armen van het gezin, maar lang woonde hij er niet meer.
Hoewel hij niet gepland had het ouderlijk huis meteen al te verlaten, deed zich onverwacht een buitenkansje voor dat hij niet kon laten schieten. Arthur Zweifelsen, een wazige geleerde die sinds zijn pensioen teruggetrokken had geleefd in zijn wat zonderlinge woning, overleed zonder familie of vrienden achter te laten en dus werden al zijn bezittingen te koop aangeboden.
Veel belangstelling was er niet. Het huis was oud, tochtig en veel mensen vonden het een nogal vreemd en vooral onpraktisch bouwwerk.Saul aanvaardde een baan als videogameontwikkelaar, nam een hypotheek, legde al het geld dat hij met de opgeknapte oldtimer had verdiend bij elkaar en kocht het huis. Ja, de inrichting was oud en gedateerd, maar dat zou hij met de tijd wel vernieuwen als hij eenmaal geld begon te verdienen. Voorlopig voldeed dit prima en zo vloog Saul uit, hoewel niet ver.Op de dag dat hij de sleutel kreeg liep hij onwennig naar binnen, zichzelf knijpend om te bevatten dat hij hier nu werkelijk woonde. Dat dit van hem was. Daarna belde hij zijn moeder, die plagerig vroeg of hij hen nu al miste. "Je hebt net afscheid genomen.""Ik heb de haard aangestoken", meldde hij niet zonder trots. "Gezellig."
Raven lachte. "Goed zo. En heb je nu al boven gekeken?"Ze hadden nogal de draak met hem gestoken toen hij had toegegeven dat hij het huis bijna blind gekocht had 'omdat het goed voelde'.
"Ik hoop voor je dat je de deksel niet op je neus krijgt", had Shayne gefronst. "Wie weet in wat voor erbarmelijke staat het verkeert verder."
"Laat hem", had Raven gesust. "Het is zijn leven, zijn beslissing." Om er met een olijke twinkeling in haar ogen aan toe te voegen: "En hoe rampzalig kan het zijn, als het dak eraf waait en hij bevriest is hij zo hier voor een kop soep en een warm, droog bed."Wat er ook gebeurde, zo ver zou Saul het niet laten komen. Hij was handig zat, als het er echt erg aan toe was boven ging hij gewoon aan de slag. Hij klom de wenteltrap op die zich in de keuken bevond en kwam zo op de tweede verdieping waar zich een aantal kamers bevond, waaronder een ouderwets ingerichte - doch comfortabele - slaapkamer en een vrij luxe badkamer. Tot zover had hij het huis al gezien.Maar het huis was hoger, er moest meer zijn. En inderdaad vond hij achter een deur een tweede trap die hem in een ruimte bracht die hem naar adem deed happen van vreugde. De hele ruimte was leeg op een onderzoekstation na, een chemietafel en de stoel om hersengolven mee te meten die hij zich nog maar al te goed herinnerde van college. Nu zou hij er echter interessante experimenten mee kunnen uitvoeren. Alles in huis was oud en stoffig maar niet deze apparaten. Ze waren met liefde verzorgd en onderhouden, dat kon hij zien.Een steile ladder in een hoek voerde nog verder omhoog en nu kwam hij op een piepklein stoffig zoldertje, waarop zich niets anders bevond dan wat oude potten en verder een metalen bouwwerk met vier gebogen sprieten waar hij met verbazing naar keek. Hij onderzocht het even maar kon nergens iets ontdekken dat licht wierp op de vraag wat het precies was. Toen hij naar beneden keek ontdekte hij een klein schuifje en nieuwsgierig als hij was verplaatste hij het met zijn voet.De vonken die die handeling veroorzaakten lieten hem even schrikken maar daarna won de nieuwsgierigheid het weer. Voorzichtig strekte hij zijn hand uit om te voelen hoe sterk de elektrische lading was, maar dat viel mee. Meer dan een lichte tinteling bracht het niet teweeg.
En toen was er ineens een verblindend fel licht en een knetterend gesis. En een mannenstem die iets zei dat klonk als 'goedenavond, of goedemorgen, hoe laat is het bij jullie Arthur?'
Geschrokken deinsde Saul achteruit en zag hoe een blauwharige man in de lichtbundel verscheen, naar voren stapte en droog zei: "Oh, geen Arthur, dat is een verrassing.""Arthur... ik bedoel meneer Zweifelsen is overleden", stamelde Saul. "Wie bent u en waar komt u vandaan?"
Hierbij moet worden aangemerkt dat Saul was opgegroeid met niet voor de hand liggende verschijnselen. Met een moeder die in een vingerknip perfecte maaltijden uit de lucht trok en een opa die hem had leren toveren. Hoewel de entree van de vreemdeling hem overviel was hij minder van slag dan je zou kunnen verwachten onder dergelijke omstandigheden."Ach, dat spijt me nou", reageerde de vreemdeling meelevend, "maar geheel onverwacht is het niet. Hij was natuurlijk niet meer de jongste, hij is niet direct in zijn wiegje gesmoord. En jij bent?"
"Saul Kobayne en ik woon hier sinds vandaag", antwoordde Saul. "En u, als ik vragen mag?""Oh, hoe onbeleefd van me, mijn naam is Emit Relevart en ik kan me voorstellen dat je tevens graag zou willen weten waar ik vandaan kom?"
Saul knikte.
"Mijn woonplaats is Oasis Landing en ik leef in het jaar 9031. En nu genoeg gebabbeld, je wilt er vast wel een kijkje nemen. Dit is een tijdportaal en vrees niet, het is compleet ongevaarlijk. Als het je niet bevalt ben je in een wip terug."Zijn geruststellende woorden had hij net zo goed aan de bakstenen muren kunnen ophangen. Sauls ogen waren meteen enthousiast gaan glimmen en hij wandelde zonder aarzelen rond het portaal. "Moet ik daarin stappen?, vroeg hij. Om meteen de daad bij het woord te voegen nog voordat Emit had kunnen reageren."Jij bent een vrij impulsief kereltje volgens mij", stelde Emit even later vast, nadat hij zich bij Saul had gevoegd die gebiologeerd om zich heen stond te kijken.
"Waar ben ik, is dit Dragan Glaenn? Is dit dezelfde plek?"
"Niet noodzakelijkerwijs", reageerde Emit vaag, "ik bedoel, dat weet ik niet. Welkom in Oasis Landing!"
"Mijn open haard!", riep Saul uit.
"Wablief?"
"Ik had mijn open haard aangestoken, straks fikt mijn huis af als er niemand thuis is!"
"Ja, luister", antwoordde Emit minzaam, "ik moest je dus nog even wat dingen uitleggen dus dat zal ik dan nu maar doen. Je zou hier net zo lang kunnen blijven als je wilt, als je terugkeert is dat naar het exacte moment dat je je huis verliet."
"Oké, dat is handig", vond Saul."Ja, maar wij hebben eigenlijk liever dat je het niet langer oprekt dan een paar weken, het mag thuis niet gaan opvallen dat je in een dag opeens stukken ouder bent geworden natuurlijk."
Saul knikte. "Snap ik. Mag ik gaan rondkijken nu?"
Emit maakte een royaal armgebaar. "Ga je gang, je bent mijn gast. Als je het leuk vindt zou je om te beginnen wat met een jetpack kunnen rondvliegen. Erg leuk, beneden vind je er wel een. Het is de snelste manier om Oasis Landing te verkennen.Ze bleken bovenop het dak van een gebouw te staan en Saul keek om zich heen hoe hij naar beneden kon. Toen hij iets zag dat op een lift leek liep hij erheen, stapte naar binnen, schrok zich wild toen er een vloer bleek te ontbreken, slaakte een gil en voelde vervolgens hoe hij niet viel maar gedragen door een niet waarneembare kracht naar beneden zakte.Al snel vond hij wat hij zocht, bond het ding op zijn rug en liep ermee naar buiten.
Emit had geen woord teveel gezegd, reizen ging op deze manier inderdaad ongelooflijk rap. Hij was nog niet opgestegen of hij landde alweer op een plek aan het andere eind van de stad.Uiteindelijk belandde hij ergens in een woestijn even buiten de stad en daar ontdekte hij dat het ook erg leuk was om zomaar wat rond te vliegen met de jetpack en capriolen uit te halen. Dat deed hij dus een tijdje, totdat de avond viel en het tijd werd terug te keren naar Emit. Net wilde hij opstijgen toen hij vreemde insecten in het vieze zand zag rondscharrelen. Niet helemaal zeker of het nou echt dieren waren of kleine machientjes raapte hij er een op en stak hem in zijn zak.Hij vond Emit ergens in de hal en sprak hem aan.
"Ik zou eigenlijk best graag wat tijd willen doorbrengen hier, maar moet ik dan steeds heen en weer reizen naar huis of kan ik ook overnachten?"
"Zeg, wat denk je?", vroeg Emit terwijl zijn wenkbrauwen de lucht in schoten. "Dat het hier een hotel is?"
Saul begon te stotteren en wilde zich al omdraaien om de lift naar het tijdportaal te nemen, toen zijn gastheer hem schaterend op zijn schouders sloeg en zei dat hij maar een grapje maakte. "Er zijn genoeg bedden hier, kies er maar een uit. En veel plezier in onze mooie stad."Saul had volstrekt nog geen slaap en besloot eens rond te kijken op zijn logeeradres. Toen hij een man aantrof die niet onverdienstelijk prachtige klanken haalde uit iets wat blijkbaar voor een muziekinstrument moest doorgaan, bleef hij even luisteren en zodra de man wegliep waagde hijzelf een poging.
Het ging al net als met alles wat Saul aanpakte. Aanvankelijk aarzelend en voorzichtig, maar binnen twee uur bediende hij het instrument alsof hij zijn hele leven nooit anders gedaan had.Het overnachten was even wennen. De bedden hadden geen dekens en zodra zijn oor het kussen raakte schoof er een soort krachtveld over hem heen dat een licht kruidige geur verspreidde. Al snel viel hij in slaap en had de prachtigste dromen.De volgende dag ging hij meteen verder met zijn ontdekkingstocht. Eerst binnen omdat er genoeg vreemde voorwerpen stonden die om nader onderzoek vroegen, maar daarna kleedde hij zich aan en ging weer naar buiten. Vriendelijk groette hij de mensen die hij tegenkwam - ze leken allemaal druk en ergens op weg naartoe - totdat zijn oog werd getrokken door iets wat onmiddellijk zijn volle aandacht had. Sprakeloos staarde hij de robot aan, waarop die zich netjes voorstelde en vervolgens ongevraagd een vrolijk dansje ten tonele bracht, waar Saul na afloop beleefd voor applaudisseerde.Hierna kwam hij op een winkelboulevard terecht. Een enorme hal verdeeld in aparte ruimtes waar koopwaar lag uitgestald.
Aanvankelijk begreep hij niet helemaal hoe het werkte, maar toen hij een beetje bij een paspop stond te spelen en - na het bewonderen van verschillende outfits - ineens spiksplinternieuwe kleren aanhad, snapte hij het principe. Hij keek schichtig om zich heen, schoot een hoekje in en kleedde zich snel weer om voordat iemand hem kon betrappen. Kennelijk ging het met alle winkelwaar op deze manier.Daarna werd hij wat voorzichtiger en amuseerde zich door continu de voorwerpen op de displays te wisselen, soms wel tien keer achter elkaar. Erg lollig was dat. Zonder overigens helemaal te snappen waar hij precies naar stond te kijken.Uiteindelijk verscheen het instrument waar hij zich gisterenavond zo mee had vermaakt. 'Laserharp' las hij.
In een impuls kocht hij hem en begon te spelen, kennelijk niet tot het onverdeelde genoegen van iedereen."Niet mooi?", vroeg Saul verbaasd aan de robot die verstoord zijn handen tegen zijn hoofd hield alsof hij oren had.
"Het is dat rotkind", mopperde die en wandelde weg. "Kan iemand niet zorgen dat ze ophoudt met krijsen?"Saul was wel wat kinderlawaai gewend dus hij had niet veel aandacht besteed aan de peuter die in een hoek van de zaal zat te dreinen. Nu liep hij er echter op af en tilde haar op.
"Waar is jouw mama of papa?", vroeg hij, terwijl het meisje van verbazing even stopte met huilen, hem met grote ogen aanstaarde en toen verder ging waar ze gebleven was."Wat doe jij met mijn dochter?", vroeg een jonge vrouw kattig en liep op Saul af.
"Zorgen dat ze geen kou vat op die harde vloer?", antwoordde Saul kortaf.
"Ah, doe je goed", reageerde ze uit de hoogte, "bemoeials zitten we op te wachten hier, je bent aangenomen."
"Aangenomen?", fronste Saul.
"Als oppas, we hebben het straks wel over je salaris. Als je me zoekt, ik ben daar."
Ze knikte afgemeten in de richting van het andere eind van de zaal.
"Dat mocht je willen", reageerde Saul geërgerd, zette de dreumes op de grond en zag toen tot zijn verbijstering dat de vrouw doodleuk wegwandelde.Hij pakte het meisje weer op en liep de zaal door naar de vrouw.
"Ben je wel helemaal goed bij je hoofd? Voor hetzelfde geld ben ik de een of andere engerd die kinderen ontvoert en heb je mij zojuist alleen gelaten met je kind."
"Maar daar ben je weer. Je moet wel iets leuks met haar gaan doen, anders ben je je geld niet waard.""Je maakt er wel een grapje van maar je gedraagt je belachelijk en onverantwoordelijk." Saul irritatie steeg met de minuut, ook omdat het kind het duidelijk volstrekt niet naar haar zin had bij hem. "Hou je eigenlijk wel van haar?"
Kil keek de vrouw hem aan. "Waarom bemoei jij je voortaan niet gewoon met je eigen zaken", zei ze. "Zet haar maar neer, dan komt alles goed."Bruusk duwde Saul het meisje in haar armen en verliet toen het winkelcentrum. Hij was een beetje van slag omdat hij eigenlijk helemaal niet van ruzie hield en zich afvroeg of hij misschien overdreven had. Terug in het hotel zocht hij meteen een kamer op, pakte een boek dat op het nachtkastje lag en las totdat zijn ogen dichtvielen.
Hoewel hij niet gepland had het ouderlijk huis meteen al te verlaten, deed zich onverwacht een buitenkansje voor dat hij niet kon laten schieten. Arthur Zweifelsen, een wazige geleerde die sinds zijn pensioen teruggetrokken had geleefd in zijn wat zonderlinge woning, overleed zonder familie of vrienden achter te laten en dus werden al zijn bezittingen te koop aangeboden.
Veel belangstelling was er niet. Het huis was oud, tochtig en veel mensen vonden het een nogal vreemd en vooral onpraktisch bouwwerk.Saul aanvaardde een baan als videogameontwikkelaar, nam een hypotheek, legde al het geld dat hij met de opgeknapte oldtimer had verdiend bij elkaar en kocht het huis. Ja, de inrichting was oud en gedateerd, maar dat zou hij met de tijd wel vernieuwen als hij eenmaal geld begon te verdienen. Voorlopig voldeed dit prima en zo vloog Saul uit, hoewel niet ver.Op de dag dat hij de sleutel kreeg liep hij onwennig naar binnen, zichzelf knijpend om te bevatten dat hij hier nu werkelijk woonde. Dat dit van hem was. Daarna belde hij zijn moeder, die plagerig vroeg of hij hen nu al miste. "Je hebt net afscheid genomen.""Ik heb de haard aangestoken", meldde hij niet zonder trots. "Gezellig."
Raven lachte. "Goed zo. En heb je nu al boven gekeken?"Ze hadden nogal de draak met hem gestoken toen hij had toegegeven dat hij het huis bijna blind gekocht had 'omdat het goed voelde'.
"Ik hoop voor je dat je de deksel niet op je neus krijgt", had Shayne gefronst. "Wie weet in wat voor erbarmelijke staat het verkeert verder."
"Laat hem", had Raven gesust. "Het is zijn leven, zijn beslissing." Om er met een olijke twinkeling in haar ogen aan toe te voegen: "En hoe rampzalig kan het zijn, als het dak eraf waait en hij bevriest is hij zo hier voor een kop soep en een warm, droog bed."Wat er ook gebeurde, zo ver zou Saul het niet laten komen. Hij was handig zat, als het er echt erg aan toe was boven ging hij gewoon aan de slag. Hij klom de wenteltrap op die zich in de keuken bevond en kwam zo op de tweede verdieping waar zich een aantal kamers bevond, waaronder een ouderwets ingerichte - doch comfortabele - slaapkamer en een vrij luxe badkamer. Tot zover had hij het huis al gezien.Maar het huis was hoger, er moest meer zijn. En inderdaad vond hij achter een deur een tweede trap die hem in een ruimte bracht die hem naar adem deed happen van vreugde. De hele ruimte was leeg op een onderzoekstation na, een chemietafel en de stoel om hersengolven mee te meten die hij zich nog maar al te goed herinnerde van college. Nu zou hij er echter interessante experimenten mee kunnen uitvoeren. Alles in huis was oud en stoffig maar niet deze apparaten. Ze waren met liefde verzorgd en onderhouden, dat kon hij zien.Een steile ladder in een hoek voerde nog verder omhoog en nu kwam hij op een piepklein stoffig zoldertje, waarop zich niets anders bevond dan wat oude potten en verder een metalen bouwwerk met vier gebogen sprieten waar hij met verbazing naar keek. Hij onderzocht het even maar kon nergens iets ontdekken dat licht wierp op de vraag wat het precies was. Toen hij naar beneden keek ontdekte hij een klein schuifje en nieuwsgierig als hij was verplaatste hij het met zijn voet.De vonken die die handeling veroorzaakten lieten hem even schrikken maar daarna won de nieuwsgierigheid het weer. Voorzichtig strekte hij zijn hand uit om te voelen hoe sterk de elektrische lading was, maar dat viel mee. Meer dan een lichte tinteling bracht het niet teweeg.
En toen was er ineens een verblindend fel licht en een knetterend gesis. En een mannenstem die iets zei dat klonk als 'goedenavond, of goedemorgen, hoe laat is het bij jullie Arthur?'
Geschrokken deinsde Saul achteruit en zag hoe een blauwharige man in de lichtbundel verscheen, naar voren stapte en droog zei: "Oh, geen Arthur, dat is een verrassing.""Arthur... ik bedoel meneer Zweifelsen is overleden", stamelde Saul. "Wie bent u en waar komt u vandaan?"
Hierbij moet worden aangemerkt dat Saul was opgegroeid met niet voor de hand liggende verschijnselen. Met een moeder die in een vingerknip perfecte maaltijden uit de lucht trok en een opa die hem had leren toveren. Hoewel de entree van de vreemdeling hem overviel was hij minder van slag dan je zou kunnen verwachten onder dergelijke omstandigheden."Ach, dat spijt me nou", reageerde de vreemdeling meelevend, "maar geheel onverwacht is het niet. Hij was natuurlijk niet meer de jongste, hij is niet direct in zijn wiegje gesmoord. En jij bent?"
"Saul Kobayne en ik woon hier sinds vandaag", antwoordde Saul. "En u, als ik vragen mag?""Oh, hoe onbeleefd van me, mijn naam is Emit Relevart en ik kan me voorstellen dat je tevens graag zou willen weten waar ik vandaan kom?"
Saul knikte.
"Mijn woonplaats is Oasis Landing en ik leef in het jaar 9031. En nu genoeg gebabbeld, je wilt er vast wel een kijkje nemen. Dit is een tijdportaal en vrees niet, het is compleet ongevaarlijk. Als het je niet bevalt ben je in een wip terug."Zijn geruststellende woorden had hij net zo goed aan de bakstenen muren kunnen ophangen. Sauls ogen waren meteen enthousiast gaan glimmen en hij wandelde zonder aarzelen rond het portaal. "Moet ik daarin stappen?, vroeg hij. Om meteen de daad bij het woord te voegen nog voordat Emit had kunnen reageren."Jij bent een vrij impulsief kereltje volgens mij", stelde Emit even later vast, nadat hij zich bij Saul had gevoegd die gebiologeerd om zich heen stond te kijken.
"Waar ben ik, is dit Dragan Glaenn? Is dit dezelfde plek?"
"Niet noodzakelijkerwijs", reageerde Emit vaag, "ik bedoel, dat weet ik niet. Welkom in Oasis Landing!"
"Mijn open haard!", riep Saul uit.
"Wablief?"
"Ik had mijn open haard aangestoken, straks fikt mijn huis af als er niemand thuis is!"
"Ja, luister", antwoordde Emit minzaam, "ik moest je dus nog even wat dingen uitleggen dus dat zal ik dan nu maar doen. Je zou hier net zo lang kunnen blijven als je wilt, als je terugkeert is dat naar het exacte moment dat je je huis verliet."
"Oké, dat is handig", vond Saul."Ja, maar wij hebben eigenlijk liever dat je het niet langer oprekt dan een paar weken, het mag thuis niet gaan opvallen dat je in een dag opeens stukken ouder bent geworden natuurlijk."
Saul knikte. "Snap ik. Mag ik gaan rondkijken nu?"
Emit maakte een royaal armgebaar. "Ga je gang, je bent mijn gast. Als je het leuk vindt zou je om te beginnen wat met een jetpack kunnen rondvliegen. Erg leuk, beneden vind je er wel een. Het is de snelste manier om Oasis Landing te verkennen.Ze bleken bovenop het dak van een gebouw te staan en Saul keek om zich heen hoe hij naar beneden kon. Toen hij iets zag dat op een lift leek liep hij erheen, stapte naar binnen, schrok zich wild toen er een vloer bleek te ontbreken, slaakte een gil en voelde vervolgens hoe hij niet viel maar gedragen door een niet waarneembare kracht naar beneden zakte.Al snel vond hij wat hij zocht, bond het ding op zijn rug en liep ermee naar buiten.
Emit had geen woord teveel gezegd, reizen ging op deze manier inderdaad ongelooflijk rap. Hij was nog niet opgestegen of hij landde alweer op een plek aan het andere eind van de stad.Uiteindelijk belandde hij ergens in een woestijn even buiten de stad en daar ontdekte hij dat het ook erg leuk was om zomaar wat rond te vliegen met de jetpack en capriolen uit te halen. Dat deed hij dus een tijdje, totdat de avond viel en het tijd werd terug te keren naar Emit. Net wilde hij opstijgen toen hij vreemde insecten in het vieze zand zag rondscharrelen. Niet helemaal zeker of het nou echt dieren waren of kleine machientjes raapte hij er een op en stak hem in zijn zak.Hij vond Emit ergens in de hal en sprak hem aan.
"Ik zou eigenlijk best graag wat tijd willen doorbrengen hier, maar moet ik dan steeds heen en weer reizen naar huis of kan ik ook overnachten?"
"Zeg, wat denk je?", vroeg Emit terwijl zijn wenkbrauwen de lucht in schoten. "Dat het hier een hotel is?"
Saul begon te stotteren en wilde zich al omdraaien om de lift naar het tijdportaal te nemen, toen zijn gastheer hem schaterend op zijn schouders sloeg en zei dat hij maar een grapje maakte. "Er zijn genoeg bedden hier, kies er maar een uit. En veel plezier in onze mooie stad."Saul had volstrekt nog geen slaap en besloot eens rond te kijken op zijn logeeradres. Toen hij een man aantrof die niet onverdienstelijk prachtige klanken haalde uit iets wat blijkbaar voor een muziekinstrument moest doorgaan, bleef hij even luisteren en zodra de man wegliep waagde hijzelf een poging.
Het ging al net als met alles wat Saul aanpakte. Aanvankelijk aarzelend en voorzichtig, maar binnen twee uur bediende hij het instrument alsof hij zijn hele leven nooit anders gedaan had.Het overnachten was even wennen. De bedden hadden geen dekens en zodra zijn oor het kussen raakte schoof er een soort krachtveld over hem heen dat een licht kruidige geur verspreidde. Al snel viel hij in slaap en had de prachtigste dromen.De volgende dag ging hij meteen verder met zijn ontdekkingstocht. Eerst binnen omdat er genoeg vreemde voorwerpen stonden die om nader onderzoek vroegen, maar daarna kleedde hij zich aan en ging weer naar buiten. Vriendelijk groette hij de mensen die hij tegenkwam - ze leken allemaal druk en ergens op weg naartoe - totdat zijn oog werd getrokken door iets wat onmiddellijk zijn volle aandacht had. Sprakeloos staarde hij de robot aan, waarop die zich netjes voorstelde en vervolgens ongevraagd een vrolijk dansje ten tonele bracht, waar Saul na afloop beleefd voor applaudisseerde.Hierna kwam hij op een winkelboulevard terecht. Een enorme hal verdeeld in aparte ruimtes waar koopwaar lag uitgestald.
Aanvankelijk begreep hij niet helemaal hoe het werkte, maar toen hij een beetje bij een paspop stond te spelen en - na het bewonderen van verschillende outfits - ineens spiksplinternieuwe kleren aanhad, snapte hij het principe. Hij keek schichtig om zich heen, schoot een hoekje in en kleedde zich snel weer om voordat iemand hem kon betrappen. Kennelijk ging het met alle winkelwaar op deze manier.Daarna werd hij wat voorzichtiger en amuseerde zich door continu de voorwerpen op de displays te wisselen, soms wel tien keer achter elkaar. Erg lollig was dat. Zonder overigens helemaal te snappen waar hij precies naar stond te kijken.Uiteindelijk verscheen het instrument waar hij zich gisterenavond zo mee had vermaakt. 'Laserharp' las hij.
In een impuls kocht hij hem en begon te spelen, kennelijk niet tot het onverdeelde genoegen van iedereen."Niet mooi?", vroeg Saul verbaasd aan de robot die verstoord zijn handen tegen zijn hoofd hield alsof hij oren had.
"Het is dat rotkind", mopperde die en wandelde weg. "Kan iemand niet zorgen dat ze ophoudt met krijsen?"Saul was wel wat kinderlawaai gewend dus hij had niet veel aandacht besteed aan de peuter die in een hoek van de zaal zat te dreinen. Nu liep hij er echter op af en tilde haar op.
"Waar is jouw mama of papa?", vroeg hij, terwijl het meisje van verbazing even stopte met huilen, hem met grote ogen aanstaarde en toen verder ging waar ze gebleven was."Wat doe jij met mijn dochter?", vroeg een jonge vrouw kattig en liep op Saul af.
"Zorgen dat ze geen kou vat op die harde vloer?", antwoordde Saul kortaf.
"Ah, doe je goed", reageerde ze uit de hoogte, "bemoeials zitten we op te wachten hier, je bent aangenomen."
"Aangenomen?", fronste Saul.
"Als oppas, we hebben het straks wel over je salaris. Als je me zoekt, ik ben daar."
Ze knikte afgemeten in de richting van het andere eind van de zaal.
"Dat mocht je willen", reageerde Saul geërgerd, zette de dreumes op de grond en zag toen tot zijn verbijstering dat de vrouw doodleuk wegwandelde.Hij pakte het meisje weer op en liep de zaal door naar de vrouw.
"Ben je wel helemaal goed bij je hoofd? Voor hetzelfde geld ben ik de een of andere engerd die kinderen ontvoert en heb je mij zojuist alleen gelaten met je kind."
"Maar daar ben je weer. Je moet wel iets leuks met haar gaan doen, anders ben je je geld niet waard.""Je maakt er wel een grapje van maar je gedraagt je belachelijk en onverantwoordelijk." Saul irritatie steeg met de minuut, ook omdat het kind het duidelijk volstrekt niet naar haar zin had bij hem. "Hou je eigenlijk wel van haar?"
Kil keek de vrouw hem aan. "Waarom bemoei jij je voortaan niet gewoon met je eigen zaken", zei ze. "Zet haar maar neer, dan komt alles goed."Bruusk duwde Saul het meisje in haar armen en verliet toen het winkelcentrum. Hij was een beetje van slag omdat hij eigenlijk helemaal niet van ruzie hield en zich afvroeg of hij misschien overdreven had. Terug in het hotel zocht hij meteen een kamer op, pakte een boek dat op het nachtkastje lag en las totdat zijn ogen dichtvielen.