Generatie 16 - deel 10, Een oude bekende
Het eerste wat Dorian doet, zodra hij zijn spullen in het hotel heeft neergezet, is naar het avonturenbord stappen om te zien of er een oproep tussen de reclameboodschappen hangt. En hij heeft geluk! Hij moet zich melden in de relikwieënwinkel, daar zal hij nadere instructies krijgen.Hij loopt de winkel binnen en kijkt een beetje rond, terwijl hij op zijn beurt wacht.
En dan verstijft hij.Het valt niet te verklaren hoe het komt - alle bevrijde lampgeesten hebben immers identieke stemmen? - maar deze stem herkent hij uit duizenden. Hij werpt een gejaagde blik op de persoon voor de kassa, ziet dat hij gelijk heeft en maakt dan als de gesmeerde bliksem dat hij de winkel weer uitkomt.Hij is halverwege het plein als hij zijn naam hoort roepen ("Dorian! Wacht!").
Volkomen in paniek spurt hij in de richting van een poortje tussen twee huizen, schiet er onderdoor en verdwijnt om de hoek...(shitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshit)... om uit te komen op een doodlopend binnenplaatsje. Hij kan geen kant op en gelaten draait hij zich om."Hoi", zegt Milan verlegen. "Ik mag toch wel even weten hoe het met je gaat?"
"Goed", reageert Dorian stug. "Het gaat heel goed met me. Wat doe jij in Frankrijk?"
De vraag klinkt als een verwijt, alsof het werkelijk heel onbehoorlijk is om hier rond te gaan hangen als ex."Ik ben hier samen met mijn vriend", verklaart Milan. "Misschien vind je het leuk ons een keer te komen bezoeken, dat zou ik erg gezellig vinden." "Wat een grandioos idee", knauwt Dorian. "Weet je, als ik niks beters om handen heb zal ik dat zeker doen."Hij schiet langs Milan en maakt dat hij wegkomt. Even later rijdt hij voor de tweede maal naar het oude landhuis, met de opdracht op zak. Zich ergerend aan het feit dat zijn hele emotionele huishouding overhoop ligt door twee lullige woordjes. 'Mijn vriend'.Mijn vriend, mijn vriend, dus meneer heeft een vriend.
En waarom zou meneer geen vriend hebben, dat mag meneer toch?
Ja, dat mag, meneer is een vrij man. Nu wel. Dus er is geen enkele reden om er zo opgefokt over te doen.
Dorian trapt het gaspedaal diep in en raast over de Franse landweggetjes.Als hij is uitgestapt dringt hij eerst een bijgebouwtje binnen naast het landhuis, met behulp van de meest slecht getimede sleutelsteen ooit. Zijn wangen gloeien. Een vriend, hij wil ook wel een vriend. En wat houdt hem tegen? Terwijl hij rondzoekt passeert hij een spiegel en bekijkt zichzelf. Hij ziet er best uit. Als hij zich er op zou toeleggen, dan had hij zo verkering. Geen probleem.Even later betreedt hij het landhuis zelf, waar hij een groep beweegbare beelden aantreft, die na wat geschuif vier schakelaars activeren. Hij heeft op dat moment geen idee wat ze bewerkstelligen maar dringt verder het huis in, op zoek naar papieren.Hij wordt bijna gek van alle vallen die hij tegenkomt - hoewel sommige gelukkig gedeactiveerd blijken - en op een bepaald moment weet hij alleen te ontsnappen door zenportatie. Rothuis!Eenmaal boven komt hij terecht in een gedeelte dat ooit kennelijk dienst deed als slaapverdieping. Dat komt goed uit, want het is inmiddels laat en hij loopt aan een stuk door te gapen. Voor de lol besluit hij eens een warm bad te nemen (badderen is eigenlijk best leuk!) en daarna kiest hij een luxe hemelbed uit en valt als een blok in slaap.Halverwege de volgende dag vindt hij de papieren die hij zocht en zit het avontuur er weer op.
"Heeft u niks anders voor me, iets wat ik kan doen?", vraagt hij op dringende toon aan degene bij wie hij de papieren moest afleveren.
"Nee hoor, dank je wel jongen. Je hebt me goed geholpen."
"Maar ik zou misschien nóg iets... kunnen... betekenen, nee?"Met zachte doch besliste hand wordt hij de zaak uitgewerkt.Ook het avonturenbord is leeg, precies wat hij al vreesde. Moedeloos staat hij voor het hotel en besluit dan morgen de bijl van opa maar eens te gaan testen."Het is niet veel soeps, hè?", klinkt een vrolijke stem achter hem. Hij draait zich om en ziet een toeriste die hij al eerder ontmoet heeft."Hoi Agnes", lacht hij vriendelijk. "Nee, voor een avonturier valt hier weinig te beleven. Ik ga maar vroeg naar bed, met een boek." Meelevend kijkt ze hem aan. "Ga anders met Gaston en mij mee vanavond. We zijn uitgenodigd bij een rijke stinkerd die we vorige week ontmoet hebben, Sara-nog-wat, Gaston weet zijn naam. In zijn kasteel ergens tussen de heuvels. Er is van alles, schijnbaar. Een zwembad, een sauna, noem maar op. Lekker relaxen."Dorian besluit op de uitnodiging in te gaan. Agnes en Gaston zijn aardige lui waar hij het goed mee kan vinden en het klinkt beter dan je de hele avond vervelen. Rond een uur of acht vertrekken ze dus naar het kasteel, dat na een kwartier rijden nogal imposant opdoemt onder de bewolkte sterrenhemel.Een butler ontvangt hen en dirigeert hen naar het zwembad, met de opmerking dat 'le maître' zo meteen naar beneden komt. Agnes en Gaston plonzen meteen in het zwembad, maar aangezien Dorian officieel niet is uitgenodigd, lijkt hem dat wat brutaal. Hij wil eerst weten of hij wel welkom is. Hij neemt dus plaats in een van de ligstoelen en kijkt hoe de anderen rondspetteren.Hij zit net vijf minuten als Milan het vertrek komt binnenwandelen. Die kijkt hem bevreemd aan en groet dan de twee andere bezoekers."Wat doe jij hier?", vraagt Dorian koel.
"Ik woon hier", antwoordt Milan.
"Sinds wanneer heet jij Sara-dinges?"
"Sarasin? Dat is mijn vriend en de eigenaar van dit huis. Aristide Sarasin." En met een verontschuldigende blik op de andere twee: "Sorry jongens, Aristide moest onverwacht voor zaken naar Parijs. Jullie zullen het vanavond met mij moeten doen.""Prima hoor", roept Gaston jolig, "als het geen probleem is. Het is hier tof!"
"Jaaaaaa...", zegt Dorian langgerekt, "oké. Heel fijn, vriend van Aristide Sarasin. Maar ik denk toch dat ik maar eens opstap."
"Hè? Wat? Waarom?", roept Agnes vanuit het zwembad. "En hoe komen wij dan terug in het dorp?!"In de hal haalt Milan hem in."Dorian, alsjeblieft, waarom doe je zo vijandig? Het is verdorie allemaal tien jaar geleden, laat het verleden rusten. Blijf dan voor hén, van mij zul je geen last hebben."Uiteindelijk is het Agnes die hem overhaalt. Hij wil geen spelbreker zijn, als hij weggaat dan is het feest ook voor haar en Gaston voorbij. Ze biedt hem een massage aan en hij laat zich lijdzaam naar de tafel begeleiden. Daar ligt hij zo gespannen als een veer naar haar gefoeter te luisteren.
"Ontspán je nou eens, man, je rug is één grote knoop."
Dorian zegt dat hij zijn best doet, maar onbewust blijven zijn handen in het matras knijpen."Dit heeft geen enkele zin", zucht Agnes na een tijdje. "Kom, we gaan kijken of we die sauna kunnen vinden.”
"Eén trap naar boven, de gang uitlopen en dan aan uw linkerhand", wijst de butler hen bereidwillig. Als ze de deur openen treffen ze Gaston en Milan aan.
Misschien was eerst even tot tien tellen raadzaam geweest, maar Dorian is vanavond niet in de stemming om tot tien te tellen.
"Zo", zegt hij sarcastisch, terwijl zijn djinnkrachten hem door de emotie van de grond tillen, "dat ziet er heel gezellig uit hier. Pas maar op, Gaston, Milan is op zijn best als zijn vriendje uit het zicht is."Gaston werpt hem een licht geshockeerde blik toe, staat op en verlaat de kamer met de woorden: "Sorry, ik heb geen idee wat er tussen jullie speelt of gespeeld heeft, maar ik heb een vriendin in Parijs zitten." Agnes wandelt grinnikend achter hem aan. "Kom Gaston, dan gaan we nog even zwemmen.""Dat was... pijnlijk", zegt Milan met een flauw lachje dat Dorian niet helemaal kan duiden. Een beetje geschokt, verbaasd, maar ook verdrietig. Dorian schaamt zich dood. Het liefst zou hij achter Gaston aanrennen en zijn excuses aanbieden, maar zijn benen weigeren dienst. Hij heeft zich zelden zo miserabel gevoeld."Ga even zitten", biedt Milan aan, wat Dorian dan maar doet.
Een tijdje zitten ze zwijgend naast elkaar in de stoom, dan verbreekt Milan de stilte. "Alles goed met de kinderen?"
Dorian knikt mechanisch.
"En hoe is het met jou? Is er iemand in jouw leven?"
Dorian voelt hoe hij in graniet verandert. Heel langzaam draait hij zijn hoofd om, zijn ogen groot en starend, en kijkt Milan een paar tellen strak aan. Dan zegt hij: "Nee, er is niemand in mijn leven. En er zal ook nooit meer iemand in mijn leven komen. Ik heb ooit mijn keuze gemaakt en die eerste keuze blijf ik trouw, al snap jij daar waarschijnlijk geen ene moer van."Dit had hij allemaal natuurlijk nooit willen zeggen. Tot zijn schrik voelt hij hoe er tranen in zijn ogen springen. Hij staat snel op en loopt de kamer uit, terwijl Milan hem met een vreemde blik nastaart. Hoe Agnes en Gaston thuiskomen zal Dorian een zorg zijn, hij rent de trap af naar buiten en springt in zijn auto.
Die nacht slaapt hij ergens op een veld in zijn tentje. De volgende ochtend rijdt hij naar de kikkervijver en pakt de Chinese bijl. "Doe er iets slims mee".
"Wat bedoelde je opa daarmee? Wil hij dat je je haar ermee gaat knippen?", heeft Éowyn hem voor vertrek spottend gevraagd. Hij grinnikt bij de herinnering. "Mijn opa bedoelde daar waarschijnlijk niks mee, hij maakte graag grapjes", heeft hij geantwoord.Nu heft hij de bijl ver boven zijn hoofd en mept de keien in drie welgemikte slagen tot puinpoeier.
Dat voelt goed. Dat voelt heel goed.En hij wordt niet teleurgesteld. Onder de keien blijkt zich een tombe te bevinden, die hem op slag al zijn sores doet vergeten, omdat hij er heel geconcentreerd bij moet nadenken. Bijna ieder vertrek herbergt een ingewikkelde puzzel en op een gegeven moment kan hij zelfs niet anders dan zenporteren om ergens te geraken. Dat is niet erg. Van mediteren wordt hij rustig.Hij stuit ook nog op een pijltjesval, die hij driest probeert te doorkruisen, maar dat mislukt.Zo dwaalt hij verder, drie volle dagen lang, tot hij bij een put komt met een felgroene draaikolk.Even twijfelt hij, maar dan neemt hij een ferme hap adem en duikt.Met stevige slagen zwemt hij door een lange tunnel waar werkelijk geen einde aan lijkt te komen en net als hij in paniek begint te raken, bereikt hij het oppervlak.Opgelucht klautert hij uit de put en kijkt gefascineerd om zich heen.
Hij bevindt zich in een enorme onderaardse tuin vol bomen, bloemen en druivenranken. En vuur- en stoomvallen.Hij doet een opgraving, maar voelt dan hoe verschrikkelijk moe hij is.
Als hij een plekje zoekt om zijn tent neer te zetten, ontdekt hij een kleine ruimte waar al een tentje staat. Dat is handig. Hij plundert nog snel even een schatkist, plukt een doodsbloem, belt - zoals iedere avond - naar huis en kruipt dan in zijn slaapzak.Hij begint net in slaap te vallen, als hij ineens voetstappen hoort. Gealarmeerd komt hij half overeind en luistert.
De voetstappen naderen en stoppen dan pal voor zijn tentje."Dorian...?", klinkt het zachtjes. "Ben jij daarbinnen?"Even is hij te verbouwereerd om geluid te geven. "Ja", zegt hij dan. "Wat doe jij nou hier?"
"Mag ik binnenkomen?"
"Eh..., ja. Hoe ben je hier in hemelsnaam gekomen?"De tent wordt opengeritst en Milan kruipt naar binnen. Nat en rillend van de kou.
"Als ik jouw eerste keus ben en jij de mijne, dan vond ik dat we misschien toch nog even met elkaar moeten praten", klappertandt hij. Slaapdronken staart Dorian hem aan. "Er valt niks te praten", zegt hij. "Het is voorbij tussen ons, al tien jaar. Ik hoef alleen geen ander, dat is alles wat ik bedoelde."
"Oh...", zegt Milan zacht. "Oké, ik snap het."Dorian duikt weg in zijn slaapzak, terwijl Milan in een hoekje blijft zitten bibberen.
"Heb je geen slaapzak?"
"Nee."
"Wie gaat er nou een tombe in zonder slaapzak?"
"Ja, beetje dom."
Dorian zucht, gaat rechtop zitten, ritst zijn slaapzak open en maakt er een deken van.
"Kom eronder", zegt hij. "Straks sterf je nog van de kou."
En dan verstijft hij.Het valt niet te verklaren hoe het komt - alle bevrijde lampgeesten hebben immers identieke stemmen? - maar deze stem herkent hij uit duizenden. Hij werpt een gejaagde blik op de persoon voor de kassa, ziet dat hij gelijk heeft en maakt dan als de gesmeerde bliksem dat hij de winkel weer uitkomt.Hij is halverwege het plein als hij zijn naam hoort roepen ("Dorian! Wacht!").
Volkomen in paniek spurt hij in de richting van een poortje tussen twee huizen, schiet er onderdoor en verdwijnt om de hoek...(shitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshitshit)... om uit te komen op een doodlopend binnenplaatsje. Hij kan geen kant op en gelaten draait hij zich om."Hoi", zegt Milan verlegen. "Ik mag toch wel even weten hoe het met je gaat?"
"Goed", reageert Dorian stug. "Het gaat heel goed met me. Wat doe jij in Frankrijk?"
De vraag klinkt als een verwijt, alsof het werkelijk heel onbehoorlijk is om hier rond te gaan hangen als ex."Ik ben hier samen met mijn vriend", verklaart Milan. "Misschien vind je het leuk ons een keer te komen bezoeken, dat zou ik erg gezellig vinden." "Wat een grandioos idee", knauwt Dorian. "Weet je, als ik niks beters om handen heb zal ik dat zeker doen."Hij schiet langs Milan en maakt dat hij wegkomt. Even later rijdt hij voor de tweede maal naar het oude landhuis, met de opdracht op zak. Zich ergerend aan het feit dat zijn hele emotionele huishouding overhoop ligt door twee lullige woordjes. 'Mijn vriend'.Mijn vriend, mijn vriend, dus meneer heeft een vriend.
En waarom zou meneer geen vriend hebben, dat mag meneer toch?
Ja, dat mag, meneer is een vrij man. Nu wel. Dus er is geen enkele reden om er zo opgefokt over te doen.
Dorian trapt het gaspedaal diep in en raast over de Franse landweggetjes.Als hij is uitgestapt dringt hij eerst een bijgebouwtje binnen naast het landhuis, met behulp van de meest slecht getimede sleutelsteen ooit. Zijn wangen gloeien. Een vriend, hij wil ook wel een vriend. En wat houdt hem tegen? Terwijl hij rondzoekt passeert hij een spiegel en bekijkt zichzelf. Hij ziet er best uit. Als hij zich er op zou toeleggen, dan had hij zo verkering. Geen probleem.Even later betreedt hij het landhuis zelf, waar hij een groep beweegbare beelden aantreft, die na wat geschuif vier schakelaars activeren. Hij heeft op dat moment geen idee wat ze bewerkstelligen maar dringt verder het huis in, op zoek naar papieren.Hij wordt bijna gek van alle vallen die hij tegenkomt - hoewel sommige gelukkig gedeactiveerd blijken - en op een bepaald moment weet hij alleen te ontsnappen door zenportatie. Rothuis!Eenmaal boven komt hij terecht in een gedeelte dat ooit kennelijk dienst deed als slaapverdieping. Dat komt goed uit, want het is inmiddels laat en hij loopt aan een stuk door te gapen. Voor de lol besluit hij eens een warm bad te nemen (badderen is eigenlijk best leuk!) en daarna kiest hij een luxe hemelbed uit en valt als een blok in slaap.Halverwege de volgende dag vindt hij de papieren die hij zocht en zit het avontuur er weer op.
"Heeft u niks anders voor me, iets wat ik kan doen?", vraagt hij op dringende toon aan degene bij wie hij de papieren moest afleveren.
"Nee hoor, dank je wel jongen. Je hebt me goed geholpen."
"Maar ik zou misschien nóg iets... kunnen... betekenen, nee?"Met zachte doch besliste hand wordt hij de zaak uitgewerkt.Ook het avonturenbord is leeg, precies wat hij al vreesde. Moedeloos staat hij voor het hotel en besluit dan morgen de bijl van opa maar eens te gaan testen."Het is niet veel soeps, hè?", klinkt een vrolijke stem achter hem. Hij draait zich om en ziet een toeriste die hij al eerder ontmoet heeft."Hoi Agnes", lacht hij vriendelijk. "Nee, voor een avonturier valt hier weinig te beleven. Ik ga maar vroeg naar bed, met een boek." Meelevend kijkt ze hem aan. "Ga anders met Gaston en mij mee vanavond. We zijn uitgenodigd bij een rijke stinkerd die we vorige week ontmoet hebben, Sara-nog-wat, Gaston weet zijn naam. In zijn kasteel ergens tussen de heuvels. Er is van alles, schijnbaar. Een zwembad, een sauna, noem maar op. Lekker relaxen."Dorian besluit op de uitnodiging in te gaan. Agnes en Gaston zijn aardige lui waar hij het goed mee kan vinden en het klinkt beter dan je de hele avond vervelen. Rond een uur of acht vertrekken ze dus naar het kasteel, dat na een kwartier rijden nogal imposant opdoemt onder de bewolkte sterrenhemel.Een butler ontvangt hen en dirigeert hen naar het zwembad, met de opmerking dat 'le maître' zo meteen naar beneden komt. Agnes en Gaston plonzen meteen in het zwembad, maar aangezien Dorian officieel niet is uitgenodigd, lijkt hem dat wat brutaal. Hij wil eerst weten of hij wel welkom is. Hij neemt dus plaats in een van de ligstoelen en kijkt hoe de anderen rondspetteren.Hij zit net vijf minuten als Milan het vertrek komt binnenwandelen. Die kijkt hem bevreemd aan en groet dan de twee andere bezoekers."Wat doe jij hier?", vraagt Dorian koel.
"Ik woon hier", antwoordt Milan.
"Sinds wanneer heet jij Sara-dinges?"
"Sarasin? Dat is mijn vriend en de eigenaar van dit huis. Aristide Sarasin." En met een verontschuldigende blik op de andere twee: "Sorry jongens, Aristide moest onverwacht voor zaken naar Parijs. Jullie zullen het vanavond met mij moeten doen.""Prima hoor", roept Gaston jolig, "als het geen probleem is. Het is hier tof!"
"Jaaaaaa...", zegt Dorian langgerekt, "oké. Heel fijn, vriend van Aristide Sarasin. Maar ik denk toch dat ik maar eens opstap."
"Hè? Wat? Waarom?", roept Agnes vanuit het zwembad. "En hoe komen wij dan terug in het dorp?!"In de hal haalt Milan hem in."Dorian, alsjeblieft, waarom doe je zo vijandig? Het is verdorie allemaal tien jaar geleden, laat het verleden rusten. Blijf dan voor hén, van mij zul je geen last hebben."Uiteindelijk is het Agnes die hem overhaalt. Hij wil geen spelbreker zijn, als hij weggaat dan is het feest ook voor haar en Gaston voorbij. Ze biedt hem een massage aan en hij laat zich lijdzaam naar de tafel begeleiden. Daar ligt hij zo gespannen als een veer naar haar gefoeter te luisteren.
"Ontspán je nou eens, man, je rug is één grote knoop."
Dorian zegt dat hij zijn best doet, maar onbewust blijven zijn handen in het matras knijpen."Dit heeft geen enkele zin", zucht Agnes na een tijdje. "Kom, we gaan kijken of we die sauna kunnen vinden.”
"Eén trap naar boven, de gang uitlopen en dan aan uw linkerhand", wijst de butler hen bereidwillig. Als ze de deur openen treffen ze Gaston en Milan aan.
Misschien was eerst even tot tien tellen raadzaam geweest, maar Dorian is vanavond niet in de stemming om tot tien te tellen.
"Zo", zegt hij sarcastisch, terwijl zijn djinnkrachten hem door de emotie van de grond tillen, "dat ziet er heel gezellig uit hier. Pas maar op, Gaston, Milan is op zijn best als zijn vriendje uit het zicht is."Gaston werpt hem een licht geshockeerde blik toe, staat op en verlaat de kamer met de woorden: "Sorry, ik heb geen idee wat er tussen jullie speelt of gespeeld heeft, maar ik heb een vriendin in Parijs zitten." Agnes wandelt grinnikend achter hem aan. "Kom Gaston, dan gaan we nog even zwemmen.""Dat was... pijnlijk", zegt Milan met een flauw lachje dat Dorian niet helemaal kan duiden. Een beetje geschokt, verbaasd, maar ook verdrietig. Dorian schaamt zich dood. Het liefst zou hij achter Gaston aanrennen en zijn excuses aanbieden, maar zijn benen weigeren dienst. Hij heeft zich zelden zo miserabel gevoeld."Ga even zitten", biedt Milan aan, wat Dorian dan maar doet.
Een tijdje zitten ze zwijgend naast elkaar in de stoom, dan verbreekt Milan de stilte. "Alles goed met de kinderen?"
Dorian knikt mechanisch.
"En hoe is het met jou? Is er iemand in jouw leven?"
Dorian voelt hoe hij in graniet verandert. Heel langzaam draait hij zijn hoofd om, zijn ogen groot en starend, en kijkt Milan een paar tellen strak aan. Dan zegt hij: "Nee, er is niemand in mijn leven. En er zal ook nooit meer iemand in mijn leven komen. Ik heb ooit mijn keuze gemaakt en die eerste keuze blijf ik trouw, al snap jij daar waarschijnlijk geen ene moer van."Dit had hij allemaal natuurlijk nooit willen zeggen. Tot zijn schrik voelt hij hoe er tranen in zijn ogen springen. Hij staat snel op en loopt de kamer uit, terwijl Milan hem met een vreemde blik nastaart. Hoe Agnes en Gaston thuiskomen zal Dorian een zorg zijn, hij rent de trap af naar buiten en springt in zijn auto.
Die nacht slaapt hij ergens op een veld in zijn tentje. De volgende ochtend rijdt hij naar de kikkervijver en pakt de Chinese bijl. "Doe er iets slims mee".
"Wat bedoelde je opa daarmee? Wil hij dat je je haar ermee gaat knippen?", heeft Éowyn hem voor vertrek spottend gevraagd. Hij grinnikt bij de herinnering. "Mijn opa bedoelde daar waarschijnlijk niks mee, hij maakte graag grapjes", heeft hij geantwoord.Nu heft hij de bijl ver boven zijn hoofd en mept de keien in drie welgemikte slagen tot puinpoeier.
Dat voelt goed. Dat voelt heel goed.En hij wordt niet teleurgesteld. Onder de keien blijkt zich een tombe te bevinden, die hem op slag al zijn sores doet vergeten, omdat hij er heel geconcentreerd bij moet nadenken. Bijna ieder vertrek herbergt een ingewikkelde puzzel en op een gegeven moment kan hij zelfs niet anders dan zenporteren om ergens te geraken. Dat is niet erg. Van mediteren wordt hij rustig.Hij stuit ook nog op een pijltjesval, die hij driest probeert te doorkruisen, maar dat mislukt.Zo dwaalt hij verder, drie volle dagen lang, tot hij bij een put komt met een felgroene draaikolk.Even twijfelt hij, maar dan neemt hij een ferme hap adem en duikt.Met stevige slagen zwemt hij door een lange tunnel waar werkelijk geen einde aan lijkt te komen en net als hij in paniek begint te raken, bereikt hij het oppervlak.Opgelucht klautert hij uit de put en kijkt gefascineerd om zich heen.
Hij bevindt zich in een enorme onderaardse tuin vol bomen, bloemen en druivenranken. En vuur- en stoomvallen.Hij doet een opgraving, maar voelt dan hoe verschrikkelijk moe hij is.
Als hij een plekje zoekt om zijn tent neer te zetten, ontdekt hij een kleine ruimte waar al een tentje staat. Dat is handig. Hij plundert nog snel even een schatkist, plukt een doodsbloem, belt - zoals iedere avond - naar huis en kruipt dan in zijn slaapzak.Hij begint net in slaap te vallen, als hij ineens voetstappen hoort. Gealarmeerd komt hij half overeind en luistert.
De voetstappen naderen en stoppen dan pal voor zijn tentje."Dorian...?", klinkt het zachtjes. "Ben jij daarbinnen?"Even is hij te verbouwereerd om geluid te geven. "Ja", zegt hij dan. "Wat doe jij nou hier?"
"Mag ik binnenkomen?"
"Eh..., ja. Hoe ben je hier in hemelsnaam gekomen?"De tent wordt opengeritst en Milan kruipt naar binnen. Nat en rillend van de kou.
"Als ik jouw eerste keus ben en jij de mijne, dan vond ik dat we misschien toch nog even met elkaar moeten praten", klappertandt hij. Slaapdronken staart Dorian hem aan. "Er valt niks te praten", zegt hij. "Het is voorbij tussen ons, al tien jaar. Ik hoef alleen geen ander, dat is alles wat ik bedoelde."
"Oh...", zegt Milan zacht. "Oké, ik snap het."Dorian duikt weg in zijn slaapzak, terwijl Milan in een hoekje blijft zitten bibberen.
"Heb je geen slaapzak?"
"Nee."
"Wie gaat er nou een tombe in zonder slaapzak?"
"Ja, beetje dom."
Dorian zucht, gaat rechtop zitten, ritst zijn slaapzak open en maakt er een deken van.
"Kom eronder", zegt hij. "Straks sterf je nog van de kou."