Generatie 10 - deel 13, De val van Dong Huo
Omdat het al laat was, zette Siobhán eerst haar tentje op in de grote hal van de tombe, om de volgende ochtend fris en monter te kunnen starten met haar queeste. Om 6 uur stond ze op, pakte haar tent in, at wat gedroogd vlees en ging op weg.Aanvankelijk was de zoektocht een makkie. Ze was inmiddels zo ervaren, dat ze niets over het hoofd zag. Zelfs een paar scheef geplaatste boekenkasten trokken haar aandacht en bleken inderdaad een verborgen deur te camoufleren.
"Tot nu toe val je me tegen, Dong Huo", dacht ze spottend. "Op deze manier vind ik je in no time."Maar verderop werd het grimmiger. Toen ze een sarcofaag doorzocht - iets wat tot dusver slechts beloningen opleverde - werd ze ineens naar binnen getrokken. Gelukkig kwam ze met de schrik vrij. De sarcofaag spuugde haar weer uit, Siobhán zag even sterretjes en belde daarna met bonkend hart Alexandre om even een vriendelijke stem te horen.
"Nee hoor, alles gaat nog prima hier, geen zorgen", zei ze met nog natrillende stem.Dieper en dieper drong Siobhán de tombe binnen, tot ze moe werd en haar tent weer opzette. Elk besef van dag en nacht was ze kwijt. Ze at als ze hongerig werd en sliep als ze slaap had.Hoewel ze geconcentreerd was en zich volledig focuste op vallen, gebeurde het toch tot drie keer toe dat ze in de val liep. Op die manier joeg ze er menig ingeblikte douchebeurt doorheen, maar die redden haar dus wel keer op keer het leven.Praatjes had ze nu niet meer. Met groeiend respect zocht ze zich een weg steeds dichter naar haar einddoel toe: de gevaarlijke en naar het scheen ondode Dong Huo.Uiteindelijk, na twee volle dagen zoeken, bereikte ze het vertrek waarvan ze voelde dat dit het strijdperk zou worden. Zodra de deuren openzwaaiden dankzij de sleutelsteen en ze de haartjes op haar armen recht overeind voelde gaan staan, belde ze even naar huis."Dit is het, Alexandre. Ik ben er. Duim maar voor me!"
Aan de andere kant van de lijn bleef het heel even stil, en toen klonk er een wat benepen: "Succes. Wees voorzichtig."Ze liep de zaal in, opende een kistje en onthulde op die manier een reeks vloerschakelaars, die zich een voor een aan haar openbaarden. Hoewel ze stilletjes te werk ging, wekte ze hiermee toch een mummie, want die verliet ineens spontaan een van de sarcofagen die tegen de muur stonden. Siobhán besloot hem meteen maar uit te schakelen, want zijn naargeestige geschuifel en hoge gekreun werkten op haar zenuwen.Het gedrocht ging in rook op en ze kon verder. Gestaag werkte ze de vloerschakelaars af, versleepte wat beelden, dook via een duikput naar een andere, signaleerde dat er inmiddels een andere mummie rondscharrelde, maar besloot die te negeren en uiteindelijk plaatste ze haar voeten op de allerlaatste vloerschakelaar. Degene recht tegenover de versierde sarcofaag van Dong Huo. Gespannen wachtte ze op wat komen ging.Dank je wel. Je hebt ervoor gezorgd dat Dong Huo voor eeuwig opgesloten zal blijven, weergalmde het ineens door de ruimte.
Het was duidelijk dat Dong Huo het volstrekt niet eens was met die ontwikkeling, want ineens stond hij met zwaaiende armen tegenover haar."Och, laat me toch met rust, oud lijk", sprak Siobhán geërgerd en wilde naar twee verborgen deuren wandelen die overwacht waren opengeschoven. Maar hiermee onderschatte ze haar opponent. Vastberaden schuifelde hij op haar af en viel haar aan.Siobhán had verwacht dat er nu een waardig gevecht zou beginnen waarin ze haar vaardigheden in de Oosterse Vechtkunst zou kunnen inzetten, maar helaas bleek het uit te lopen op een gewone ordinaire knokpartij, met veel gemep en gegrom en zonder verfijnde oosterse trekjes. Vanuit haar ooghoeken zag ze dat de andere mummie hen gadesloeg en even vreesde ze dat het twee tegen één zou worden.Hoe gemeen Dong Huo ook was als tegenstander, uiteindelijk kreeg Siobhán hem eronder en zag hoe de vrouwelijke mummie in verbijstering toekeek hoe hij tot stof verging.Toen draaide het monster zich wraakzuchtig naar Siobhán en het was duidelijk dat ze haar niet zomaar zou laten vertrekken. "Da's goed dame, ik lust je rauw", siste Siobhán, bij wie de adrenaline nu woest door de aderen stroomde.Even later kon ze eindelijk de tombe verlaten. "Zo, en nu op naar de zon", zei ze opgelucht, en zocht zich een weg naar de uitgang. Eenmaal boven haastte ze zich naar haar opdrachtgever, die zich vol bewondering en duidelijk opgelucht uitputte in superlatieven die haar deden blozen. "Ik zal zorgen dat heel China hoort wat je voor ons betekend hebt!"Hierna namen ze afscheid, Siobhan at hongerig een vruchtengebakje in de Verboden Stad - een verademing na al dat gedroogde voer van de laatste dagen - en keerde toen terug naar huis.De blik in Alexanders ogen toen ze de hal binnenliep ontroerde haar. Er lag een mengeling van nieuwsgierigheid en opluchting in, die duidelijk maakten dat hij haar alles wat ze meemaakte wel gunde, maar dat hij serieus erg bezorgd was geweest."Je moet me dat niet kwalijk nemen", legde hij uit. "Als je zelf op avontuur bent, dan denk je alles aan te kunnen. Maar als je hier thuis zit te wachten op een type dat nergens bang voor lijkt, dan is het gewoon anders. Met terugwerkende kracht wil ik mij verontschuldigen tegenover mijn arme moeder, die ik altijd een verschrikkelijke zeur vond met haar bezorgdheid."Lachend omarmde Siobhán hem. "Wel, alles is goed afgelopen, op wat verschroeide wimpers na, en voorlopig ben ik nu even klaar met reizen", stelde ze hem gerust.De dag na haar thuiskomst wachtte Siobhán en Alexandre een verrassing. Achteraf bleek dat Juliette de regenboogsteen - die ze op haar achttiende zou krijgen - gevonden had in haar moeders juwelenkistje tijdens haar afwezigheid en in het laboratorium een drankje had laten bereiden. De hele week had ze het stiekem bewaard en er niks mee gedaan, maar deze nacht hield ze het niet meer uit.Zachtjes fluisterde ze Patje in het oor wat ze van plan was. "Jij bent niet gemeen, zoals mama's pop Boontje. Dat wéét ik gewoon. En ik wil dat je een echte vriendin wordt."Patje had uiteraard geen bezwaar, dronk het drankje dat Juliette haar aanbood en even later was ze van vlees en plasma, net als iedere andere Sim.De volgende ochtend was Sacha de eerste die het meisje - dat haar eerste nacht in een oude slaapzak van Alexandre had doorgebracht - tegenkwam."Wie ben jij nou", vroeg hij verbaasd. "Ik wist niet dat Juliette een vriendinnetje te logeren had."
"Ik ben Patje", zei Patje verlegen. "En ik ben geen pop meer."
"Heel grappig", gromde Sacha, "leuk voor Juliette om een vriendin met humor te hebben", en hij pakte een bord wafels uit de koelkast om te gaan ontbijten."Hij gelooft me niet", dacht Patje verward.
"Dat komt nog wel", zei Juliette even later een beetje zenuwachtig. "Hier heb je wat make-up, dan kun je jezelf mooi maken."
Patje liep naar de zolder, waar het rustig was, en bracht wat mooie kleurtjes aan op haar gezicht.Later, toen Sacha en Juliette naar school waren, liep ze naar beneden. Toen Siobhán haar zag wist ze meteen wat er gebeurd was en ze werd woedend.
"Dat had ze niet mogen doen, dat had ze NIET mogen doen!", schreeuwde ze tegen Alexandre, die er helemaal niets van begreep.Gelukkig zag ze nog net dat Patje de trap afliep naar buiten, in de overtuiging dat ze niet welkom was, en volgde haar.
"Natuurlijk ben jij hier welkom", legde Siobhán haar uit. "Je denkt toch niet dat we je op straat zetten?
Ik ben alleen behoorlijk nijdig op Juliette, omdat ze mij overduidelijk niet gehoorzaamd heeft. Maar dat vecht ik later wel met haar uit."Alexandre, die nog steeds beduusd was dat Juliette's denkbeeldige vriendje dus werkelijk bestond en nu in een echt meisje was veranderd, kreeg diep medelijden met het kind. Hij praatte een tijdje met haar, ontdekte dat ze een lief, hoewel wat bang karakter had en besloot haar een cadeautje te geven, als troost. Dolblij pakte Patje het aan en bleek na even tokkelen een aangeboren muzikaal talent te bezitten."Dat is duidelijk, je bent een echte Kobayne", glimlachte Alexandre. "En het is Juliette die zich zorgen moet maken, niet jij," besloot hij grimmig.Dat bleek. Zodra Juliette uit school kwam kreeg ze de volle laag van haar moeder. Helemaal toen die hoorde dat ze de regenboogsteen gestolen had, want eigenlijk was ze ervan uit gegaan dat Juliette de steen op eigen houtje gevonden had ergens. "Dit is helemaal erg!", fulmineerde ze. "Je bent dus niet alleen ongehoorzaam, je bent ook nog een dief!""Ik was zo benieuwd, ik kon het niet houden", klaagde Juliette vol berouw. "Ik heb er heel veel spijt van dat ik gestolen heb. Maar ik ben toch ook blij dat ik het gedaan heb!", eindigde ze opstandig.Alexandre en Siobhán vonden dat Juliette een flinke straf verdiende en wisten precies hoe ze haar het hardst moesten treffen."Dat wordt een maand geen computer en geen videogames", besloten ze.
"Mag ik dat nog even aan Camille mailen?", vroeg Juliette ongelukkig. "Anders denkt ze straks dat ik haar heb laten vallen of zo."
"Dat is goed", zei Alexandre. "Maar dat is dan ook het allerlaatste."
"Tot nu toe val je me tegen, Dong Huo", dacht ze spottend. "Op deze manier vind ik je in no time."Maar verderop werd het grimmiger. Toen ze een sarcofaag doorzocht - iets wat tot dusver slechts beloningen opleverde - werd ze ineens naar binnen getrokken. Gelukkig kwam ze met de schrik vrij. De sarcofaag spuugde haar weer uit, Siobhán zag even sterretjes en belde daarna met bonkend hart Alexandre om even een vriendelijke stem te horen.
"Nee hoor, alles gaat nog prima hier, geen zorgen", zei ze met nog natrillende stem.Dieper en dieper drong Siobhán de tombe binnen, tot ze moe werd en haar tent weer opzette. Elk besef van dag en nacht was ze kwijt. Ze at als ze hongerig werd en sliep als ze slaap had.Hoewel ze geconcentreerd was en zich volledig focuste op vallen, gebeurde het toch tot drie keer toe dat ze in de val liep. Op die manier joeg ze er menig ingeblikte douchebeurt doorheen, maar die redden haar dus wel keer op keer het leven.Praatjes had ze nu niet meer. Met groeiend respect zocht ze zich een weg steeds dichter naar haar einddoel toe: de gevaarlijke en naar het scheen ondode Dong Huo.Uiteindelijk, na twee volle dagen zoeken, bereikte ze het vertrek waarvan ze voelde dat dit het strijdperk zou worden. Zodra de deuren openzwaaiden dankzij de sleutelsteen en ze de haartjes op haar armen recht overeind voelde gaan staan, belde ze even naar huis."Dit is het, Alexandre. Ik ben er. Duim maar voor me!"
Aan de andere kant van de lijn bleef het heel even stil, en toen klonk er een wat benepen: "Succes. Wees voorzichtig."Ze liep de zaal in, opende een kistje en onthulde op die manier een reeks vloerschakelaars, die zich een voor een aan haar openbaarden. Hoewel ze stilletjes te werk ging, wekte ze hiermee toch een mummie, want die verliet ineens spontaan een van de sarcofagen die tegen de muur stonden. Siobhán besloot hem meteen maar uit te schakelen, want zijn naargeestige geschuifel en hoge gekreun werkten op haar zenuwen.Het gedrocht ging in rook op en ze kon verder. Gestaag werkte ze de vloerschakelaars af, versleepte wat beelden, dook via een duikput naar een andere, signaleerde dat er inmiddels een andere mummie rondscharrelde, maar besloot die te negeren en uiteindelijk plaatste ze haar voeten op de allerlaatste vloerschakelaar. Degene recht tegenover de versierde sarcofaag van Dong Huo. Gespannen wachtte ze op wat komen ging.Dank je wel. Je hebt ervoor gezorgd dat Dong Huo voor eeuwig opgesloten zal blijven, weergalmde het ineens door de ruimte.
Het was duidelijk dat Dong Huo het volstrekt niet eens was met die ontwikkeling, want ineens stond hij met zwaaiende armen tegenover haar."Och, laat me toch met rust, oud lijk", sprak Siobhán geërgerd en wilde naar twee verborgen deuren wandelen die overwacht waren opengeschoven. Maar hiermee onderschatte ze haar opponent. Vastberaden schuifelde hij op haar af en viel haar aan.Siobhán had verwacht dat er nu een waardig gevecht zou beginnen waarin ze haar vaardigheden in de Oosterse Vechtkunst zou kunnen inzetten, maar helaas bleek het uit te lopen op een gewone ordinaire knokpartij, met veel gemep en gegrom en zonder verfijnde oosterse trekjes. Vanuit haar ooghoeken zag ze dat de andere mummie hen gadesloeg en even vreesde ze dat het twee tegen één zou worden.Hoe gemeen Dong Huo ook was als tegenstander, uiteindelijk kreeg Siobhán hem eronder en zag hoe de vrouwelijke mummie in verbijstering toekeek hoe hij tot stof verging.Toen draaide het monster zich wraakzuchtig naar Siobhán en het was duidelijk dat ze haar niet zomaar zou laten vertrekken. "Da's goed dame, ik lust je rauw", siste Siobhán, bij wie de adrenaline nu woest door de aderen stroomde.Even later kon ze eindelijk de tombe verlaten. "Zo, en nu op naar de zon", zei ze opgelucht, en zocht zich een weg naar de uitgang. Eenmaal boven haastte ze zich naar haar opdrachtgever, die zich vol bewondering en duidelijk opgelucht uitputte in superlatieven die haar deden blozen. "Ik zal zorgen dat heel China hoort wat je voor ons betekend hebt!"Hierna namen ze afscheid, Siobhan at hongerig een vruchtengebakje in de Verboden Stad - een verademing na al dat gedroogde voer van de laatste dagen - en keerde toen terug naar huis.De blik in Alexanders ogen toen ze de hal binnenliep ontroerde haar. Er lag een mengeling van nieuwsgierigheid en opluchting in, die duidelijk maakten dat hij haar alles wat ze meemaakte wel gunde, maar dat hij serieus erg bezorgd was geweest."Je moet me dat niet kwalijk nemen", legde hij uit. "Als je zelf op avontuur bent, dan denk je alles aan te kunnen. Maar als je hier thuis zit te wachten op een type dat nergens bang voor lijkt, dan is het gewoon anders. Met terugwerkende kracht wil ik mij verontschuldigen tegenover mijn arme moeder, die ik altijd een verschrikkelijke zeur vond met haar bezorgdheid."Lachend omarmde Siobhán hem. "Wel, alles is goed afgelopen, op wat verschroeide wimpers na, en voorlopig ben ik nu even klaar met reizen", stelde ze hem gerust.De dag na haar thuiskomst wachtte Siobhán en Alexandre een verrassing. Achteraf bleek dat Juliette de regenboogsteen - die ze op haar achttiende zou krijgen - gevonden had in haar moeders juwelenkistje tijdens haar afwezigheid en in het laboratorium een drankje had laten bereiden. De hele week had ze het stiekem bewaard en er niks mee gedaan, maar deze nacht hield ze het niet meer uit.Zachtjes fluisterde ze Patje in het oor wat ze van plan was. "Jij bent niet gemeen, zoals mama's pop Boontje. Dat wéét ik gewoon. En ik wil dat je een echte vriendin wordt."Patje had uiteraard geen bezwaar, dronk het drankje dat Juliette haar aanbood en even later was ze van vlees en plasma, net als iedere andere Sim.De volgende ochtend was Sacha de eerste die het meisje - dat haar eerste nacht in een oude slaapzak van Alexandre had doorgebracht - tegenkwam."Wie ben jij nou", vroeg hij verbaasd. "Ik wist niet dat Juliette een vriendinnetje te logeren had."
"Ik ben Patje", zei Patje verlegen. "En ik ben geen pop meer."
"Heel grappig", gromde Sacha, "leuk voor Juliette om een vriendin met humor te hebben", en hij pakte een bord wafels uit de koelkast om te gaan ontbijten."Hij gelooft me niet", dacht Patje verward.
"Dat komt nog wel", zei Juliette even later een beetje zenuwachtig. "Hier heb je wat make-up, dan kun je jezelf mooi maken."
Patje liep naar de zolder, waar het rustig was, en bracht wat mooie kleurtjes aan op haar gezicht.Later, toen Sacha en Juliette naar school waren, liep ze naar beneden. Toen Siobhán haar zag wist ze meteen wat er gebeurd was en ze werd woedend.
"Dat had ze niet mogen doen, dat had ze NIET mogen doen!", schreeuwde ze tegen Alexandre, die er helemaal niets van begreep.Gelukkig zag ze nog net dat Patje de trap afliep naar buiten, in de overtuiging dat ze niet welkom was, en volgde haar.
"Natuurlijk ben jij hier welkom", legde Siobhán haar uit. "Je denkt toch niet dat we je op straat zetten?
Ik ben alleen behoorlijk nijdig op Juliette, omdat ze mij overduidelijk niet gehoorzaamd heeft. Maar dat vecht ik later wel met haar uit."Alexandre, die nog steeds beduusd was dat Juliette's denkbeeldige vriendje dus werkelijk bestond en nu in een echt meisje was veranderd, kreeg diep medelijden met het kind. Hij praatte een tijdje met haar, ontdekte dat ze een lief, hoewel wat bang karakter had en besloot haar een cadeautje te geven, als troost. Dolblij pakte Patje het aan en bleek na even tokkelen een aangeboren muzikaal talent te bezitten."Dat is duidelijk, je bent een echte Kobayne", glimlachte Alexandre. "En het is Juliette die zich zorgen moet maken, niet jij," besloot hij grimmig.Dat bleek. Zodra Juliette uit school kwam kreeg ze de volle laag van haar moeder. Helemaal toen die hoorde dat ze de regenboogsteen gestolen had, want eigenlijk was ze ervan uit gegaan dat Juliette de steen op eigen houtje gevonden had ergens. "Dit is helemaal erg!", fulmineerde ze. "Je bent dus niet alleen ongehoorzaam, je bent ook nog een dief!""Ik was zo benieuwd, ik kon het niet houden", klaagde Juliette vol berouw. "Ik heb er heel veel spijt van dat ik gestolen heb. Maar ik ben toch ook blij dat ik het gedaan heb!", eindigde ze opstandig.Alexandre en Siobhán vonden dat Juliette een flinke straf verdiende en wisten precies hoe ze haar het hardst moesten treffen."Dat wordt een maand geen computer en geen videogames", besloten ze.
"Mag ik dat nog even aan Camille mailen?", vroeg Juliette ongelukkig. "Anders denkt ze straks dat ik haar heb laten vallen of zo."
"Dat is goed", zei Alexandre. "Maar dat is dan ook het allerlaatste."