Generatie 22 - deel 2, Alleen
Daryl kreeg niet de kans zijn vriend uit te leggen hoe het zat met zijn leeftijd. De volgende ochtend stond Ishmael niet op uit zijn bed, hem verzekerend dat alles prima was - "Gewoon een beetje moe jongen"- en hij gerust naar zijn werk kon gaan.
Toen Daryl 's avonds thuis kwam, bleek de oude man in zijn slaap te zijn overleden.
In shock ging Daryl naar het gemeentehuis om Ishmaels dood aan te geven.
"Ik heb eigenlijk geen idee of hij familie heeft", stamelde hij, "en ik heb niet veel geld voor een begrafenis."Er bleek niets bekend over eventuele nabestaanden en tot Daryls stomme verbazing werd hem zelfs verteld dat Ishmael zowel zijn oude autootje als de Nooitlek aan hem had nagelaten. Ishmael werd gecremeerd en Daryl kreeg de urn mee naar huis, met een mooie ingelijste foto van de overledene. Het goedkoopste arrangement dat de begrafenisondernemer hem had kunnen bieden. Thuis zat hij op Ishmaels versleten bank. Zijn bank nu, maar zo voelde het niet. Hij miste zijn oude vriend enorm en deze boot zou altijd Ishmaels boot blijven. Hij had geen idee wat hij nu moest doen. Gelukkig stelde zijn moeder verder geen vragen toen hij na weken weer eens op de stoep stond. Omhelsde hem en zei dat hij welkom was.
'Ik blijf niet lang", zei Daryl stug. "Gewoon een paar dagen."
"Je hoeft je niet te verantwoorden, je hebt ruimschoots de leeftijd bereikt waarop je je eigen leven gaat leiden. Het is jammer dat we je vader nooit meer zullen kunnen vragen wat er met je aan de hand zou kunnen zijn."
Verbaasd keek Daryl haar aan.
"Vorige week ontvingen River en ik bericht van zijn vrouw, hij is overleden," lichtte Cameron toe. En toen aarzelend: "Het spijt me."
Daryl haalde zijn schouders op. "Geeft niet", zei hij. Een week of twee hield hij het uit, maar toen begon iedereen weer op zijn zenuwen te werken. Daarbij kwam dat hij op vervelende wijze geconfronteerd werd met het feit dat hij technisch gesproken een volwassen man was in het lijf van een tiener, toen hij verliefd werd op Jodie's collega Isabella, die geregeld bij hen over de vloer kwam. Het klikte, maar op amoureus vlak werd het natuurlijk helemaal niks. Ze vond hem duidelijk nog een broekie, terwijl hij jaren ouder was dan zij. En toen stierf Charlie. Misschien leek het dramatisch, maar Daryl had het gevoel dat iedereen die belangrijk was voor hem doodging. En ja, diep van binnen moest hij bekennen dat hij ook zijn vader daartoe rekende, ook al had hij de man nooit gekend of zelfs maar ontmoet. Diezelfde avond nog besloot hij dat de tijd was gekomen definitief zijn vleugels uit te slaan en het ouderlijk huis te verlaten. Hij nam afscheid van zijn moeder en zijn zus en reed naar de Nooitlek, die geduldig op hem lag te wachten. Zodra hij aan boord ging voelde hij hoezeer hij de oude schuit gemist had. Dit was nu zijn thuis, met of zonder Ishmael. Meteen de volgende dag besloot hij zijn spaargeld aan te spreken en wat dingen op te knappen, zodat het wat meer als zijn eigen plekje zou gaan voelen. Hij maakte schoon, kocht stof en verf, bekleedde de stoelen en de bank opnieuw en gaf het andere meubilair een fris kleurtje. Zolang hij bezig was, leidde het hem af, maar zodra hij klaar was en besefte dat zijn oude vriend er nooit meer van zou kunnen genieten, schoot hij vol. Bezig blijven was dus het devies. Niet treurend op de bank gaan zitten en snikkend blijven hangen in het holle gevoel van verdriet, gemis en eenzaamheid dat hem nu al weken plaagde. In de slaapkamer stond een ladekast waarin oude duikspullen zaten. De zee lag pal onder zijn raam, dit zou hem wel afleiden. Natuurlijk vormde zijn baan bij de supermarkt ook afleiding, maar daar ging hij inmiddels met steeds meer tegenzin naartoe. Het werk was eentonig, de nieuwe chef een stomvervelende en onredelijke man en bovendien beviel het hem niks dat hij geen baas over zijn eigen tijd was. Op een middag nam hij in een opwelling ontslag, hij zou wel andere manieren vinden om geld te verdienen. Diezelfde nacht kreeg hij de schrik van zijn leven. Daryl werd wakker van een hoop kabaal, dacht aanvankelijk dat een kat of een wasbeer er op de een of andere manier in geslaagd was binnen te komen en stapte zijn bed uit om het beest te bevrijden. De ontdekking wat de werkelijke bron van het lawaai was, veroorzaakte zowel een enorme schok als intense vreugde. Echt een gesprek voeren met Ishmael verliep stroef, veel woorden kwamen er niet uit. Maar het was fijn zijn oude vriend weer te zien en zoals vroeger vertrouwd snurkend in het bed naast zich te hebben 's nachts. Ook al was hij de volgende ochtend weer verdwenen en vroeg Daryl zich af of hij het niet gewoon gedroomd had. Hoewel snorkelen rond zijn woonboot een leuke en ontspannen bezigheid was, besloot hij de rijke schoonheid in het heldere water ver beneden zich eens van dichterbij de bekijken. Hij volgde de raad op van een duikinstructeur om te starten bij het Rotsenrif. Nam een taxiboot, liet zich achterover in het water vallen en dook de diepte in. Het eerste wat hij zag, was een grot. Daryl was nieuwsgierig en niet bang aangelegd, dus zwom hij naar binnen en keek een tijdje rond. Naast prachtige flora en wat kleurige vissen vond hij iets dat op een smalle doorgang leek, maar die toer durfde hij nog niet te wagen. Als hij vast kwam te zitten, zou er niemand zijn om hem te helpen. Het was allemaal even adembenemend. Na een tijdje botste hij bijna tegen een andere duiker op en met behulp van de gebaren die hij van internet gehaald had, lukte het aardig een conversatie te voeren onder water. Bovengekomen zag hij dat zijn buurman zijn woonboot aan het verplaatsen was en kennelijk elders wilde gaan bivakkeren. Daryl had nog nooit met de Nooitlek gevaren, eerlijk gezegd had hij dat een beetje voor zich uit geschoven. Zichzelf wijsmakend dat hij prima lag op de laatste stek die Ishmael had uitgekozen, maar misschien werd het tijd ook eens van horizon te veranderen.De volgende ochtend stond hij vroeg op, ontbeet, douchte zich, kleedde zich aan en klom toen de trap op naar het bovendek. Gespannen ging hij achter het roer staan. Hij legde voorzichtig zijn handen op het stuur en startte de motor. "KIJK UIT, IK KAN DIT DING NOG NIET ZO BEHENDIG BESTUREN!"
"Komt goed joh. Slak! Hahaha!" Na een paar uur begon hij zich te ontspannen en durfde hij het zelfs aan de Nooitlek door een smalle doorgang te manouevreren. Het ging goed! Rond 4 uur zag hij een lege haven, vlakbij het winkelcentrum. Dat kwam goed uit want hij moest nodig boodschappen doen. Voordat hij naar de supermarkt ging, besloot hij op koopjesjacht te gaan. De Nooitlek, ondanks Daryls aanpassingen, voelde nog steeds als Ishmaels eigendom en hij wilde dat het zijn thuis werd. Wie weet zouden een paar nieuwe meubels helpen. Hij had geluk. Geschikte meubels vond hij niet, maar voor een prikkie kocht hij een vloerkleed en bovendien in de muziekwinkel een bizar lelijke gitaar. Er kwam een mooi geluid uit en daar ging het per slot van rekening om. Daarna schoot hij de wasserette in en toen de droger na een aantal uur wachten piepte, had hij nog net een kwartiertje om proviand in te slaan. Tevreden keerde hij terug naar de boot, waar hij iets at, zijn nieuwe aanwinst uitprobeerde en daarna op tijd naar bed ging. De volgende ochtend had hij zin om te gaan duiken en omdat het varen zo goed bevallen was, stuurde hij de Nooitlek in de richting van het Rotsenrif. Onderweg passeerde hij een aantal in mist gehulde eilanden. Zijn hele leven wist hij niet beter dan dat die de horizonten van Cielo Isolar sierden, maar nog nooit was hij ze zo dicht genaderd. En nog nooit had hij gelet op het vreemde verschijnsel dat de weerspiegeling in het water geen mist toonde, maar de contouren van de eilanden leek prijs te geven. Het maakte hem nieuwsgierig. De reis bleek meer tijd in beslag te nemen dan verwacht, dus eer hij het vrolijke vlaggetje zag opdoemen dat de duikplek markeerde, begon de hemel al roze te kleuren. Hij ging voor anker en genoot van een hamburger, terwijl buiten absolute stilte heerste op het geklots van het water onder de boot na. Daryl was van plan geweest meteen de volgende ochtend te gaan duiken, maar hij raakte afgeleid. Eerst repareerde hij de misthoorn - je kon nooit weten wanneer dat van levensbelang zou kunnen zijn - en daarna maakte hij de badkamer schoon. Al met al was het dus al middag eer hij het laddertje afklom en zich in het water liet zakken. Er waren helaas weinig vissen en andere duikers zag hij ook niet. Hij peddelde rustig tussen de rotsen en de planten door en genoot van de rust en de schoonheid van de onderwaterwereld. Toen hij dus ineens geconfronteerd werd met een beeldschone vrouw die plotsklaps opdook, de geruchten bevestigend dat zeemeerminnen geen verzinsel waren van hallucinerende duikers die last hadden van decompressie, schrok hij zich wezenloos. Daarna herstelde hij zich direct en zwom op haar af om te groeten. Dit was geweldig! Vriendelijk knikte ze terug. Daarna ging het even bijna mis, toen hij haar wilde uitleggen dat hij vanmorgen haaien had zien rondzwemmen, hetgeen haar duidelijk in paniek bracht, maar gelukkig lukte het hem haar weer te kalmeren. Erg handig was hij nog niet in communiceren hier beneden. Na een tijdje gaf ze hem een stukje zeewier. Waarschijnlijk vriendelijk bedoeld, maar hij zag zichzelf dat nog niet eten. Hij stak dus een duim op als teken van dank en stopte het zeewier weg. En toen dook er alsnog een haai op. Daryl gebaarde naar boven, richting Nooitlek, in de hoop dat ze snapte dat hij haar wilde uitnodigen. Aanvankelijk dacht hij dat ze hem niet begrepen had, want ze kwam niet mee naar boven. Hij trok zijn duikerspak uit, koppelde zijn flessen los, wierp alles aan boord en wilde net uit het water klimmen, toen ze ineens alsnog verscheen. Zodra ze samen in zijn kamer stonden, begon ze te lachen. "Je bent nog maar een kind!"
"Pardon?" "Ik dacht dat we er een gezellige avond van gingen maken. Excuses, mijn fout, ik heb me vergist." Ze giechelde nog een keer en liep, voor hij nog iets kon zeggen, langs hem heen naar buiten. Hij hoorde een plons en toen was ze verdwenen. Diep gefrustreerd opende Daryl zijn koelkast en pakte een blik soep. Daarna ging hij slapen. Het werd verdorie tijd dat hij werkelijk volwassen zou worden, het was een raadsel hoe lang hij daar nog op moest wachten en of het überhaupt ooit zou gebeuren.
"Ik heb eigenlijk geen idee of hij familie heeft", stamelde hij, "en ik heb niet veel geld voor een begrafenis."Er bleek niets bekend over eventuele nabestaanden en tot Daryls stomme verbazing werd hem zelfs verteld dat Ishmael zowel zijn oude autootje als de Nooitlek aan hem had nagelaten. Ishmael werd gecremeerd en Daryl kreeg de urn mee naar huis, met een mooie ingelijste foto van de overledene. Het goedkoopste arrangement dat de begrafenisondernemer hem had kunnen bieden. Thuis zat hij op Ishmaels versleten bank. Zijn bank nu, maar zo voelde het niet. Hij miste zijn oude vriend enorm en deze boot zou altijd Ishmaels boot blijven. Hij had geen idee wat hij nu moest doen. Gelukkig stelde zijn moeder verder geen vragen toen hij na weken weer eens op de stoep stond. Omhelsde hem en zei dat hij welkom was.
'Ik blijf niet lang", zei Daryl stug. "Gewoon een paar dagen."
"Je hoeft je niet te verantwoorden, je hebt ruimschoots de leeftijd bereikt waarop je je eigen leven gaat leiden. Het is jammer dat we je vader nooit meer zullen kunnen vragen wat er met je aan de hand zou kunnen zijn."
Verbaasd keek Daryl haar aan.
"Vorige week ontvingen River en ik bericht van zijn vrouw, hij is overleden," lichtte Cameron toe. En toen aarzelend: "Het spijt me."
Daryl haalde zijn schouders op. "Geeft niet", zei hij. Een week of twee hield hij het uit, maar toen begon iedereen weer op zijn zenuwen te werken. Daarbij kwam dat hij op vervelende wijze geconfronteerd werd met het feit dat hij technisch gesproken een volwassen man was in het lijf van een tiener, toen hij verliefd werd op Jodie's collega Isabella, die geregeld bij hen over de vloer kwam. Het klikte, maar op amoureus vlak werd het natuurlijk helemaal niks. Ze vond hem duidelijk nog een broekie, terwijl hij jaren ouder was dan zij. En toen stierf Charlie. Misschien leek het dramatisch, maar Daryl had het gevoel dat iedereen die belangrijk was voor hem doodging. En ja, diep van binnen moest hij bekennen dat hij ook zijn vader daartoe rekende, ook al had hij de man nooit gekend of zelfs maar ontmoet. Diezelfde avond nog besloot hij dat de tijd was gekomen definitief zijn vleugels uit te slaan en het ouderlijk huis te verlaten. Hij nam afscheid van zijn moeder en zijn zus en reed naar de Nooitlek, die geduldig op hem lag te wachten. Zodra hij aan boord ging voelde hij hoezeer hij de oude schuit gemist had. Dit was nu zijn thuis, met of zonder Ishmael. Meteen de volgende dag besloot hij zijn spaargeld aan te spreken en wat dingen op te knappen, zodat het wat meer als zijn eigen plekje zou gaan voelen. Hij maakte schoon, kocht stof en verf, bekleedde de stoelen en de bank opnieuw en gaf het andere meubilair een fris kleurtje. Zolang hij bezig was, leidde het hem af, maar zodra hij klaar was en besefte dat zijn oude vriend er nooit meer van zou kunnen genieten, schoot hij vol. Bezig blijven was dus het devies. Niet treurend op de bank gaan zitten en snikkend blijven hangen in het holle gevoel van verdriet, gemis en eenzaamheid dat hem nu al weken plaagde. In de slaapkamer stond een ladekast waarin oude duikspullen zaten. De zee lag pal onder zijn raam, dit zou hem wel afleiden. Natuurlijk vormde zijn baan bij de supermarkt ook afleiding, maar daar ging hij inmiddels met steeds meer tegenzin naartoe. Het werk was eentonig, de nieuwe chef een stomvervelende en onredelijke man en bovendien beviel het hem niks dat hij geen baas over zijn eigen tijd was. Op een middag nam hij in een opwelling ontslag, hij zou wel andere manieren vinden om geld te verdienen. Diezelfde nacht kreeg hij de schrik van zijn leven. Daryl werd wakker van een hoop kabaal, dacht aanvankelijk dat een kat of een wasbeer er op de een of andere manier in geslaagd was binnen te komen en stapte zijn bed uit om het beest te bevrijden. De ontdekking wat de werkelijke bron van het lawaai was, veroorzaakte zowel een enorme schok als intense vreugde. Echt een gesprek voeren met Ishmael verliep stroef, veel woorden kwamen er niet uit. Maar het was fijn zijn oude vriend weer te zien en zoals vroeger vertrouwd snurkend in het bed naast zich te hebben 's nachts. Ook al was hij de volgende ochtend weer verdwenen en vroeg Daryl zich af of hij het niet gewoon gedroomd had. Hoewel snorkelen rond zijn woonboot een leuke en ontspannen bezigheid was, besloot hij de rijke schoonheid in het heldere water ver beneden zich eens van dichterbij de bekijken. Hij volgde de raad op van een duikinstructeur om te starten bij het Rotsenrif. Nam een taxiboot, liet zich achterover in het water vallen en dook de diepte in. Het eerste wat hij zag, was een grot. Daryl was nieuwsgierig en niet bang aangelegd, dus zwom hij naar binnen en keek een tijdje rond. Naast prachtige flora en wat kleurige vissen vond hij iets dat op een smalle doorgang leek, maar die toer durfde hij nog niet te wagen. Als hij vast kwam te zitten, zou er niemand zijn om hem te helpen. Het was allemaal even adembenemend. Na een tijdje botste hij bijna tegen een andere duiker op en met behulp van de gebaren die hij van internet gehaald had, lukte het aardig een conversatie te voeren onder water. Bovengekomen zag hij dat zijn buurman zijn woonboot aan het verplaatsen was en kennelijk elders wilde gaan bivakkeren. Daryl had nog nooit met de Nooitlek gevaren, eerlijk gezegd had hij dat een beetje voor zich uit geschoven. Zichzelf wijsmakend dat hij prima lag op de laatste stek die Ishmael had uitgekozen, maar misschien werd het tijd ook eens van horizon te veranderen.De volgende ochtend stond hij vroeg op, ontbeet, douchte zich, kleedde zich aan en klom toen de trap op naar het bovendek. Gespannen ging hij achter het roer staan. Hij legde voorzichtig zijn handen op het stuur en startte de motor. "KIJK UIT, IK KAN DIT DING NOG NIET ZO BEHENDIG BESTUREN!"
"Komt goed joh. Slak! Hahaha!" Na een paar uur begon hij zich te ontspannen en durfde hij het zelfs aan de Nooitlek door een smalle doorgang te manouevreren. Het ging goed! Rond 4 uur zag hij een lege haven, vlakbij het winkelcentrum. Dat kwam goed uit want hij moest nodig boodschappen doen. Voordat hij naar de supermarkt ging, besloot hij op koopjesjacht te gaan. De Nooitlek, ondanks Daryls aanpassingen, voelde nog steeds als Ishmaels eigendom en hij wilde dat het zijn thuis werd. Wie weet zouden een paar nieuwe meubels helpen. Hij had geluk. Geschikte meubels vond hij niet, maar voor een prikkie kocht hij een vloerkleed en bovendien in de muziekwinkel een bizar lelijke gitaar. Er kwam een mooi geluid uit en daar ging het per slot van rekening om. Daarna schoot hij de wasserette in en toen de droger na een aantal uur wachten piepte, had hij nog net een kwartiertje om proviand in te slaan. Tevreden keerde hij terug naar de boot, waar hij iets at, zijn nieuwe aanwinst uitprobeerde en daarna op tijd naar bed ging. De volgende ochtend had hij zin om te gaan duiken en omdat het varen zo goed bevallen was, stuurde hij de Nooitlek in de richting van het Rotsenrif. Onderweg passeerde hij een aantal in mist gehulde eilanden. Zijn hele leven wist hij niet beter dan dat die de horizonten van Cielo Isolar sierden, maar nog nooit was hij ze zo dicht genaderd. En nog nooit had hij gelet op het vreemde verschijnsel dat de weerspiegeling in het water geen mist toonde, maar de contouren van de eilanden leek prijs te geven. Het maakte hem nieuwsgierig. De reis bleek meer tijd in beslag te nemen dan verwacht, dus eer hij het vrolijke vlaggetje zag opdoemen dat de duikplek markeerde, begon de hemel al roze te kleuren. Hij ging voor anker en genoot van een hamburger, terwijl buiten absolute stilte heerste op het geklots van het water onder de boot na. Daryl was van plan geweest meteen de volgende ochtend te gaan duiken, maar hij raakte afgeleid. Eerst repareerde hij de misthoorn - je kon nooit weten wanneer dat van levensbelang zou kunnen zijn - en daarna maakte hij de badkamer schoon. Al met al was het dus al middag eer hij het laddertje afklom en zich in het water liet zakken. Er waren helaas weinig vissen en andere duikers zag hij ook niet. Hij peddelde rustig tussen de rotsen en de planten door en genoot van de rust en de schoonheid van de onderwaterwereld. Toen hij dus ineens geconfronteerd werd met een beeldschone vrouw die plotsklaps opdook, de geruchten bevestigend dat zeemeerminnen geen verzinsel waren van hallucinerende duikers die last hadden van decompressie, schrok hij zich wezenloos. Daarna herstelde hij zich direct en zwom op haar af om te groeten. Dit was geweldig! Vriendelijk knikte ze terug. Daarna ging het even bijna mis, toen hij haar wilde uitleggen dat hij vanmorgen haaien had zien rondzwemmen, hetgeen haar duidelijk in paniek bracht, maar gelukkig lukte het hem haar weer te kalmeren. Erg handig was hij nog niet in communiceren hier beneden. Na een tijdje gaf ze hem een stukje zeewier. Waarschijnlijk vriendelijk bedoeld, maar hij zag zichzelf dat nog niet eten. Hij stak dus een duim op als teken van dank en stopte het zeewier weg. En toen dook er alsnog een haai op. Daryl gebaarde naar boven, richting Nooitlek, in de hoop dat ze snapte dat hij haar wilde uitnodigen. Aanvankelijk dacht hij dat ze hem niet begrepen had, want ze kwam niet mee naar boven. Hij trok zijn duikerspak uit, koppelde zijn flessen los, wierp alles aan boord en wilde net uit het water klimmen, toen ze ineens alsnog verscheen. Zodra ze samen in zijn kamer stonden, begon ze te lachen. "Je bent nog maar een kind!"
"Pardon?" "Ik dacht dat we er een gezellige avond van gingen maken. Excuses, mijn fout, ik heb me vergist." Ze giechelde nog een keer en liep, voor hij nog iets kon zeggen, langs hem heen naar buiten. Hij hoorde een plons en toen was ze verdwenen. Diep gefrustreerd opende Daryl zijn koelkast en pakte een blik soep. Daarna ging hij slapen. Het werd verdorie tijd dat hij werkelijk volwassen zou worden, het was een raadsel hoe lang hij daar nog op moest wachten en of het überhaupt ooit zou gebeuren.