Generatie 10 - deel 5, Sacha
“Philippe bestaat helemaal niet?”, vroeg Siobhán verbaasd. “Wat bedoel je? Hoe heet je dan?”
Diep ongelukkig keek de jongeman haar aan. “Kun je dat nou echt niet raden?”, probeerde hij zwakjes.
“Nee, dat kan ik niet raden. Wie ben jij? Een bedrieger? Een fantast?!”‘Philippe’ zuchtte. “Niet boos worden, ik zal het uitleggen. Het is een raar verhaal.”
“Begin bij het begin”, zei Siobhán kattig.“Toen we elkaar leerden kennen, nou ja..., was ik meteen de eerste avond al door je geraakt”, zei Philippe een beetje verlegen.
“Ik heb geen idee waar het door kwam. Tijdens het eten klikte het al zo goed, en toen we daarna marshmallows gingen roosteren achter het hotel en we allebei een beetje dronken waren en jij dat rare spookverhaal begon te vertellen, enfin, ik weet niet wat er gebeurde, maar ineens hoorde ik mezelf een zoon opvoeren die Philippe heette. Alsof ik op dat moment al van plan was…”Siobháns wenkbrauwen schoten omhoog en ze onderbrak hem.
“Je doet nu net… die herinnering… de marshmallows… dat was met… met…”
“Met mij, ja. Sacha. Ik ben Sacha. Ik heb helemaal geen volwassen zoon die Philippe heet. Zoals ik al zei: Philippe bestaat niet. Ik heb hem verzonnen.”
Siobhán wilde iets zeggen, maar Sacha onderbrak haar: “Even wachten, alsjeblieft. Ik ga het je uitleggen.Lang geleden, toen ik nog jong was, reisde ik eens door China. Op een dag dwaalde ik door een tombe, toen ik een oude man tegenkwam. Hij was uitgemergeld en bijna verhongerd. Hij bleek al dagen rond te lopen door het gangenstelsel en kon met geen mogelijkheid de uitgang meer vinden. Ik gaf hem wat gedroogd voedsel en samen zochten we verder. Niet heel veel later stonden we buiten en huilend van blijdschap viel hij me om mijn hals.Hij was me zo dankbaar, dat hij me koste wat kost een cadeau wilde geven. Een drank, zo zei hij. Een drank die er ooit, als ik net zo oud en grijs was als hij, voor zou zorgen dat ik weer jong zou worden.Ik moest erom lachen – ik was nog zo jong op dat moment, wist ik veel – maar bedankte hem natuurlijk en eenmaal thuis borg ik de drank op, om er jarenlang niet meer aan te denken.Toen ik oud werd overwoog ik nu en dan om het flesje leeg te drinken. Maar, zoals je zult merken wanneer je zelf ouder wordt, doordat je van alles meemaakt in je leven en de jaren als vanzelf verglijden, begin je ook automatisch toe te leven naar het einde. Ik vond het helemaal niet erg om ouder te worden en op een dag Magere Hein op mijn pad te vinden. Dat hoort bij het leven.Tot ik jou leerde kennen. Toen ik jou leerde kennen voelde ik me opeens oud. Wat had ik je graag gekend toen ik jong was! We hebben zoveel gemeen. En vanaf het begin vond ik je zo lief en bijzonder.
Aanvankelijk dacht ik, dat jij ook iets voor mij voelde. Ik bedoel, ik realiseerde me natuurlijk dat ik geen serieuze liefdespartner was. Maar ik had het gevoel dat ook jij die speciale band voelde tussen ons. En ik begon te plannen om op een dag de drank te nemen en dan ergens op te dagen. In China of zo, of Egypte. En mezelf aan je voor te stellen als Philippe, mijn zogenaamde zoon.Maar toen begon je de ene na de andere jongen te daten en elke keer dat we belden kreeg ik uitgebreide beschrijvingen en verhalen over je veroveringen. Waardoor het me steeds duidelijker werd dat ik slechts een beklagenswaardige oude man was, die zichzelf dingen verbeeldde en nooit enige kans zou maken.En toen je me op een dag zelfs vanuit China belde om me te vertellen dat je met de meest onaangename kwast van heel Champs les Sims het bed had gedeeld, een getrouwde kwast bovendien, was de maat vol. Ik besloot af te zien van mijn plannen, jou je vriendjes te gunnen en definitief van mijn oude dag te gaan genieten.Daar kwam nog iets bij. Ik heb een vriend, een oude schoolkameraad van vroeger, die een moeilijk leven gehad heeft. Op een dag ging ik bij hem op bezoek. Hij lag uitgeteld op bed en zei zacht dat hij niet lang meer te leven had. Hij is altijd ziekelijk geweest, en ik had zo’n rijk leven gehad. Ik besloot hem de fles te geven.En toen, toen belde je op een dag aan en nodigde me uit om naar het museum te gaan en liep alles uit de hand. Daarna voelde ik me pas echt bejaard. Ik moest verschrikkelijk om mezelf lachen. “Ze was al nooit kieskeurig waar het mannen betrof, maar nu heeft ze de lat wel erg laag gelegd,” dacht ik. En toen ben ik gevlucht.”Sacha zweeg even, maar ook Siobhán zei niets. Het leek alsof de lucht om hen heen bevroren was en ze wachtte rustig tot hij verder zou gaan.“En toen, na een week, stuurde je me een mail, waaruit letterlijk bleek dat ik het me niet verbeeld had. Dat ook jij wel degelijk van mij hield. En eigenlijk had ik dus blij moeten zijn. Maar dat was ik niet. Want ik had de drank niet meer. Ik was zo ontstellend gefrustreerd en eigenlijk ook kwaad op je, omdat je zo lang gewacht had om me iets te laten merken, dat ik… niet in staat was te antwoorden. Ik besloot maar te accepteren dat dit ons lot was en trachtte je te vergeten.Tot ik gebeld werd door de familie van mijn vriend. Hij was overleden en had me iets nagelaten. Ik was verbijsterd. Hij gaf me de fles terug. Met een lieve brief erbij, waarin stond dat hij mijn gebaar had gewaardeerd, er serieus over had nagedacht, maar uiteindelijk toch besloten had dat één leven meer dan genoeg was. Dat was dus vorige week. Diezelfde avond heb ik de fles opgedronken en een vliegtuig naar Riverview geboekt. Eigenlijk was ik euforisch. Ik zou je vertellen dat de oude Sacha was overleden en dat ik Philippe was, en op die manier zouden we helemaal opnieuw en met een schone lei kunnen beginnen.En nu vertel je me ineens dat je een zoon hebt. Mijn zoon. En dat ook ik dus een zoon heb. Dat verandert alles. Ik ga me niet voordoen als z’n oudere broer, als ik eigenlijk z’n vader ben en ook niets liever wil zijn dan z’n vader.”Eindelijk stopte Sacha met praten. Rustig keek hij haar aan, in afwachting van haar reactie.
Siobhán zei slechts vier woorden, die wat haar betreft de kern waren van alles: “Je leeft dus nog.”
Sacha schoot in de lach en pakte haar vast. "Ja, ik leef en hopelijk blijft dat ook nog even zo."“Wil je je zoon zien?’, vroeg ze lachend.
“Graag."
“Kom maar, hij is beneden in de kamer.”Ze pakte de kleine Sacha op en wandelde naar de grote Sacha. “Kijk Sacha”, zei ze. “Dit is papa.”
Vriendelijk keek het kleintje de wildvreemde man aan.
“Heet hij…”, vroeg Sacha.
Siobhán haalde haar schouders op. “Tja”, zei ze.Voorzichtig nam Sacha zijn zoon van haar over en stopte zijn neus in zijn haartjes. “Hij heeft jouw ogen”, zei hij zacht. “Mooie ogen. Lieve ogen.”
“Zo kannie wel weer”, schaterde Siobhán. “Ik vind dat hij op jou lijkt.”Die avond legde Sacha voor het eerst zijn zoon op bed. Het kleintje was nog wel een beetje eenkennig, maar die vreemde meneer deed zo aardig tegen hem, dat hij het al snel goed vond.Als vanzelf gingen Siobhán en Sacha daarna in hetzelfde bed liggen, maar vooral om te praten."Het spijt me dat ik je pijn heb gedaan", zei ze. "Ik snap het ook niet. In het begin dacht ik elke keer dat ik de ware had ontmoet, maar iedere keer werd ik teleurgesteld. En daarna geloof ik dat ik een beetje recalcitrant werd. Ik was op zoek naar de liefde, maar snapte gewoon niet dat ik die allang gevonden had."
"Dat kan ik me, gezien het leeftijdsverschil, ook wel voorstellen", antwoordde Sacha mild."En het spijt me ook dat ik je niet heb laten weten dat je vader was geworden," ging Siobhán verder.
"Ik moet er niet aan denken dat ik het nooit ontdekt had", fluisterde Sacha. "Maar nu is alles goed.""Ja, alles is goed", zei Siobhán en toen kuste Sacha haar teder. Daarna gingen ze slapen.
Diep ongelukkig keek de jongeman haar aan. “Kun je dat nou echt niet raden?”, probeerde hij zwakjes.
“Nee, dat kan ik niet raden. Wie ben jij? Een bedrieger? Een fantast?!”‘Philippe’ zuchtte. “Niet boos worden, ik zal het uitleggen. Het is een raar verhaal.”
“Begin bij het begin”, zei Siobhán kattig.“Toen we elkaar leerden kennen, nou ja..., was ik meteen de eerste avond al door je geraakt”, zei Philippe een beetje verlegen.
“Ik heb geen idee waar het door kwam. Tijdens het eten klikte het al zo goed, en toen we daarna marshmallows gingen roosteren achter het hotel en we allebei een beetje dronken waren en jij dat rare spookverhaal begon te vertellen, enfin, ik weet niet wat er gebeurde, maar ineens hoorde ik mezelf een zoon opvoeren die Philippe heette. Alsof ik op dat moment al van plan was…”Siobháns wenkbrauwen schoten omhoog en ze onderbrak hem.
“Je doet nu net… die herinnering… de marshmallows… dat was met… met…”
“Met mij, ja. Sacha. Ik ben Sacha. Ik heb helemaal geen volwassen zoon die Philippe heet. Zoals ik al zei: Philippe bestaat niet. Ik heb hem verzonnen.”
Siobhán wilde iets zeggen, maar Sacha onderbrak haar: “Even wachten, alsjeblieft. Ik ga het je uitleggen.Lang geleden, toen ik nog jong was, reisde ik eens door China. Op een dag dwaalde ik door een tombe, toen ik een oude man tegenkwam. Hij was uitgemergeld en bijna verhongerd. Hij bleek al dagen rond te lopen door het gangenstelsel en kon met geen mogelijkheid de uitgang meer vinden. Ik gaf hem wat gedroogd voedsel en samen zochten we verder. Niet heel veel later stonden we buiten en huilend van blijdschap viel hij me om mijn hals.Hij was me zo dankbaar, dat hij me koste wat kost een cadeau wilde geven. Een drank, zo zei hij. Een drank die er ooit, als ik net zo oud en grijs was als hij, voor zou zorgen dat ik weer jong zou worden.Ik moest erom lachen – ik was nog zo jong op dat moment, wist ik veel – maar bedankte hem natuurlijk en eenmaal thuis borg ik de drank op, om er jarenlang niet meer aan te denken.Toen ik oud werd overwoog ik nu en dan om het flesje leeg te drinken. Maar, zoals je zult merken wanneer je zelf ouder wordt, doordat je van alles meemaakt in je leven en de jaren als vanzelf verglijden, begin je ook automatisch toe te leven naar het einde. Ik vond het helemaal niet erg om ouder te worden en op een dag Magere Hein op mijn pad te vinden. Dat hoort bij het leven.Tot ik jou leerde kennen. Toen ik jou leerde kennen voelde ik me opeens oud. Wat had ik je graag gekend toen ik jong was! We hebben zoveel gemeen. En vanaf het begin vond ik je zo lief en bijzonder.
Aanvankelijk dacht ik, dat jij ook iets voor mij voelde. Ik bedoel, ik realiseerde me natuurlijk dat ik geen serieuze liefdespartner was. Maar ik had het gevoel dat ook jij die speciale band voelde tussen ons. En ik begon te plannen om op een dag de drank te nemen en dan ergens op te dagen. In China of zo, of Egypte. En mezelf aan je voor te stellen als Philippe, mijn zogenaamde zoon.Maar toen begon je de ene na de andere jongen te daten en elke keer dat we belden kreeg ik uitgebreide beschrijvingen en verhalen over je veroveringen. Waardoor het me steeds duidelijker werd dat ik slechts een beklagenswaardige oude man was, die zichzelf dingen verbeeldde en nooit enige kans zou maken.En toen je me op een dag zelfs vanuit China belde om me te vertellen dat je met de meest onaangename kwast van heel Champs les Sims het bed had gedeeld, een getrouwde kwast bovendien, was de maat vol. Ik besloot af te zien van mijn plannen, jou je vriendjes te gunnen en definitief van mijn oude dag te gaan genieten.Daar kwam nog iets bij. Ik heb een vriend, een oude schoolkameraad van vroeger, die een moeilijk leven gehad heeft. Op een dag ging ik bij hem op bezoek. Hij lag uitgeteld op bed en zei zacht dat hij niet lang meer te leven had. Hij is altijd ziekelijk geweest, en ik had zo’n rijk leven gehad. Ik besloot hem de fles te geven.En toen, toen belde je op een dag aan en nodigde me uit om naar het museum te gaan en liep alles uit de hand. Daarna voelde ik me pas echt bejaard. Ik moest verschrikkelijk om mezelf lachen. “Ze was al nooit kieskeurig waar het mannen betrof, maar nu heeft ze de lat wel erg laag gelegd,” dacht ik. En toen ben ik gevlucht.”Sacha zweeg even, maar ook Siobhán zei niets. Het leek alsof de lucht om hen heen bevroren was en ze wachtte rustig tot hij verder zou gaan.“En toen, na een week, stuurde je me een mail, waaruit letterlijk bleek dat ik het me niet verbeeld had. Dat ook jij wel degelijk van mij hield. En eigenlijk had ik dus blij moeten zijn. Maar dat was ik niet. Want ik had de drank niet meer. Ik was zo ontstellend gefrustreerd en eigenlijk ook kwaad op je, omdat je zo lang gewacht had om me iets te laten merken, dat ik… niet in staat was te antwoorden. Ik besloot maar te accepteren dat dit ons lot was en trachtte je te vergeten.Tot ik gebeld werd door de familie van mijn vriend. Hij was overleden en had me iets nagelaten. Ik was verbijsterd. Hij gaf me de fles terug. Met een lieve brief erbij, waarin stond dat hij mijn gebaar had gewaardeerd, er serieus over had nagedacht, maar uiteindelijk toch besloten had dat één leven meer dan genoeg was. Dat was dus vorige week. Diezelfde avond heb ik de fles opgedronken en een vliegtuig naar Riverview geboekt. Eigenlijk was ik euforisch. Ik zou je vertellen dat de oude Sacha was overleden en dat ik Philippe was, en op die manier zouden we helemaal opnieuw en met een schone lei kunnen beginnen.En nu vertel je me ineens dat je een zoon hebt. Mijn zoon. En dat ook ik dus een zoon heb. Dat verandert alles. Ik ga me niet voordoen als z’n oudere broer, als ik eigenlijk z’n vader ben en ook niets liever wil zijn dan z’n vader.”Eindelijk stopte Sacha met praten. Rustig keek hij haar aan, in afwachting van haar reactie.
Siobhán zei slechts vier woorden, die wat haar betreft de kern waren van alles: “Je leeft dus nog.”
Sacha schoot in de lach en pakte haar vast. "Ja, ik leef en hopelijk blijft dat ook nog even zo."“Wil je je zoon zien?’, vroeg ze lachend.
“Graag."
“Kom maar, hij is beneden in de kamer.”Ze pakte de kleine Sacha op en wandelde naar de grote Sacha. “Kijk Sacha”, zei ze. “Dit is papa.”
Vriendelijk keek het kleintje de wildvreemde man aan.
“Heet hij…”, vroeg Sacha.
Siobhán haalde haar schouders op. “Tja”, zei ze.Voorzichtig nam Sacha zijn zoon van haar over en stopte zijn neus in zijn haartjes. “Hij heeft jouw ogen”, zei hij zacht. “Mooie ogen. Lieve ogen.”
“Zo kannie wel weer”, schaterde Siobhán. “Ik vind dat hij op jou lijkt.”Die avond legde Sacha voor het eerst zijn zoon op bed. Het kleintje was nog wel een beetje eenkennig, maar die vreemde meneer deed zo aardig tegen hem, dat hij het al snel goed vond.Als vanzelf gingen Siobhán en Sacha daarna in hetzelfde bed liggen, maar vooral om te praten."Het spijt me dat ik je pijn heb gedaan", zei ze. "Ik snap het ook niet. In het begin dacht ik elke keer dat ik de ware had ontmoet, maar iedere keer werd ik teleurgesteld. En daarna geloof ik dat ik een beetje recalcitrant werd. Ik was op zoek naar de liefde, maar snapte gewoon niet dat ik die allang gevonden had."
"Dat kan ik me, gezien het leeftijdsverschil, ook wel voorstellen", antwoordde Sacha mild."En het spijt me ook dat ik je niet heb laten weten dat je vader was geworden," ging Siobhán verder.
"Ik moet er niet aan denken dat ik het nooit ontdekt had", fluisterde Sacha. "Maar nu is alles goed.""Ja, alles is goed", zei Siobhán en toen kuste Sacha haar teder. Daarna gingen ze slapen.