Generatie 18, fotodagboek - deel 11, Weer thuis
Lang ging het goed met Shun, meer dan een jaar bleven we bij elkaar. Maar toen begon de relatie scheurtjes te vertonen en eigenlijk lag dat aan mij. Nou ja, aan hetgeen waarmee ik het vanaf het begin moeilijk had gehad en helaas uiteindelijk mijn ogen niet voor kon blijven sluiten. Kort samengevat: ik wilde dat ze ermee stopte en zij wilde dat niet.Tot op de dag van vandaag snap ik niet waarom. Wat was er zo bijzonder aan die levenswijze dat ze het niet wilde opgeven? Ik zei dat ik genoeg verdiende voor ons beiden met mijn schilderijen en ik vond het prima om in China te blijven wonen, ik zag toekomst in ons. Maar zij zei dat haar beroep nuttig was, dat ze er mensen mee hielp, geraaskal wat mij betreft en hoe dan ook wilde ik op deze manier niet doorgaan. Waarop zij aangaf dat we dan beter uit elkaar konden gaan.Dus dat was dat.De periode daarna had ik het wel moeilijk. Voor het eerst verlangde ik naar huis maar zo snel wilde ik het niet opgeven. China is een prachtig land en ik had inmiddels ook vrienden gemaakt hier.Ik bleef dus en vulde mijn dagen met de dingen waarmee ik ze voorheen had gevuld, behalve dan dat ik geen tombes meer bezocht om de eenvoudige reden dat er geen tombe meer was die ik niet binnenstebuiten had gekeerd. De laatste keer dat ik onder de grond ging was omdat ik een hoekje van het Onderkomen van de Resolute Vuist was vergeten. Maar meer dan een paar munten vond ik er niet.Toch bleef ik opdrachten van het bord plukken, dat vond ik nou eenmaal leuk. Ving zelfs een doodsvis voor iemand die een geliefde tot leven wilde wekken. Maar moest hem teleurstellen op kookgebied, ik kan niet koken dus zeker geen ambrosia.Tenslotte deed ik nog iets waar ik me eigenlijk nogal voor schaam nu, ik verleidde een getrouwde vrouw. Ik schaam me ervoor omdat je van getrouwde vrouwen afblijft en omdat ik het vooral deed om Shun jaloers te maken. Het was een vriendin van haar namelijk.Nou ja, lullig dus. Het was toen dat ik besefte dat ik niet echt gezond bezig was en ik besloot de knoop door te hakken en naar huis te gaan. Ik belde Shun want dat vond ik wel netjes en tot mijn verbazing kwam ze spontaan naar me toe om afscheid te nemen. We speelden een potje schaak in het avondzonnetje en aten samen en het voelde vreemd want alles was zo gezellig en vertrouwd met haar. Alsof we gewoon nog een stel waren.Maar toen ze vervolgens als vanzelfsprekend aanstalten maakte om te blijven slapen stopte ik haar. Ik maakte er niet heel veel woorden meer aan vuil, alles wat er te zeggen viel was gezegd. Ze keek me berustend aan, knikte en vertrok. Uit mijn leven, wat ineens heel definitief voelde maar ik kon en wilde er niets aan veranderen.De volgende avond keek ik een laatste keer de kamer rond waar ik bijna drie jaar gewoond had en wandelde toen naar de brug om op de taxi te wachten die ik besteld had. Mijn laatste momenten in China en er was niemand om me uit te zwaaien.Drie dagen later was ik thuis en eigenlijk vond ik het heerlijk in mijn geboorteland terug te zijn en in mijn eigen huisje.
Binnen de kortste keren nam het dagelijkse leven het weer over en leek het alsof ik nooit was weg geweest. Alleen een paar souvenirs getuigden van mijn reizen. Het schaakbord en twee stoelen die ik had laten verschepen, een duikput waarvan ik de onderdelen in een tombe had verzameld en nog wat vazen die ik niet wilde verkopen omdat ik ze mooi vond. En een foto van Shun, die vooral mijn moeders onverholen aandacht trok. Ik hielp haar meteen uit de droom."Dat is voorbij mam, geen koddige Chinese kleinkindertjes voor je."
"Oh... jammer. Mooie vrouw. Alleen wat kijkt ze droevig."
"We waren ook droevig maar het is toch voorbij."Terug in Monte Castiglione met zijn hete zomers en ijskoude winters. Wat had ik de sneeuw gemist!Dusty intussen was gelukkiger in de liefde dan ik. Simon Potter, een aardige knul. Verstrooid en superslim net als zij en met een lekker droog gevoel voor humor. Ben blij dat ik het meteen goed met hem kon vinden want Dusty is een soort zusje en mijn beste vriendin tegelijk.Toen ze elkaar zes jaar kenden kondigden ze aan dat ze gingen trouwen en vroegen of ik getuige wilde zijn. Ik zei natuurlijk ja, ik vond het een eer.Komt Dusty een paar dagen later onverwacht nog een keer langs om stotterend te vertellen dat ook Dana er zou zijn. Niet zo gek natuurlijk dat ze die hadden uitgenodigd, Dusty had alleen nooit verwacht dat ze ook daadwerkelijk zou komen.
"Ik ken haar nauwelijks, ik heb het meer gedaan omdat het zo hoort, ik hoop dat je het niet erg vindt." Verlegen keek ze me aan.Ik verzekerde haar dat dat echt geen probleem was, dat dat hoofdstuk achter me lag en dat ik het leuk vond mijn andere nicht weer te zien. Dat loog ik niet, maar ik vertelde er wijselijk niet bij dat er onmiddellijk een zwerm vlinders in mijn buik omhoog fladderde bij de gedachte.Wat verwachtte ik eigenlijk? Hoe heb ik me ooit op dat weerzien kunnen verheugen? Een week voor het huwelijk liep ik in de namiddag van een aangenaam herfstzonnetje te genieten toen ik vanuit mijn ooghoek ineens een opvallend tafereeltje zag. Een jong gezinnetje dat vooral de aandacht trok door hun wat vreemde kleding en hun loom wiekende vleugels. Er wonen nauwelijks elfen in Monte Castiglione. Ik schoot een straatje in en naderde het plein vanuit een andere richting, waar ik verscholen onder een poort een tijdje bleef staren.De gedachte aan Dana had dan misschien vlinders veroorzaakt, om geconfronteerd te worden met haar elfenprins en hun kindertjes viel me rauw op mijn dak.Op het moment dat ik weg wilde lopen keek ze ineens om en heel even leken we oogcontact te hebben, maar in plaats van naar hen toe te lopen vluchtte ik. Wat natuurlijk stupide was, ik zou hen toch onder ogen moeten komen en wat stelde ik me eigenlijk aan.Diezelfde avond belde ik aan bij het huis van Finley, waar de hele familie inderdaad bleek te logeren. Mijn oom Finn deed de deur open en ik zal nooit zijn koele ontvangst vergeten. "Wat kom jij doen?"
Het liefst had ik rechtsomkeert gemaakt maar dat zou op zijn zachtst gezegd vreemd zijn geweest, dus mompelde ik quasi nonchalant iets in de trant van 'ik hoorde dat Dana er is, ik wilde haar even gedag zeggen'.Was dat nou echt zo raar? Hij wist toch dat Dana en ik elkaar goed kenden? Hij keek me stuurs aan, wachtte een paar tellen, zuchtte en ging toen onwillig een stap opzij. In de eerste kamer die ik binnenwandelde stond ze."Silas...?", prevelden haar lippen, maar er kwam geen geluid. Ik wilde iets achteloos antwoorden, iets normaals. Iets als 'ik zag je in het dorp' of 'leuk je weer te zien' of 'nog gefeliciteerd met je huwelijk, het kwam als een complete verrassing', maar in plaats daarvan staarde ik haar alleen maar aan en zij mij.
En op dat moment, zonder dat er dus een woord gesproken werd, wist ik ineens voor de volle honderd procent zeker dat het geen droom was geweest die nacht. Het hing tussen ons in, zo tastbaar dat je het haast kon aanraken.Ergens tikte een klok en in een verre uithoek van het huis hoorde ik kinderen lachen en wij stonden daar maar, als bevroren. En toen haalde ze heel diep adem en deed haar mond open. "Silas, ik moet... ik wil... je moet..."Er klonk gekraak achter me en Dana sloot abrupt haar mond. Er kwam iemand de trap aflopen. Ze keek over mijn schouder de gang in en ik draaide me om. Nog nooit in mijn hele leven ben ik met zoveel kille haat aangekeken. Geschrokken deinsde ik achteruit en botste tegen de deurpost aan.Ik kreeg een slap handje en hij stelde zich voor als Lorian Haleth. Daarna liep hij zonder nog iets te zeggen langs me heen de kamer in waarna mijn oom zei dat het al laat was en dat ik beter kon gaan. Volkomen overstuur tuimelde ik de straat op. Ik had het idee dat ik iets misdaan had door aan te bellen maar ik begreep het niet. Mijn eigen familie is nooit bijzonder gecharmeerd geweest van mijn vriendschap met Dana, maar de vijandigheid die ik in dat huis voelde valt niet te beschrijven.De volgende dag reed ik naar Dusty en zei dat ik niet bij hun huwelijk zou zijn. Ik legde niet uit waarom want dat hoefde niet. Dusty keek me aan en knikte alleen maar. En zei dat ze me vergaf als ik een mooi schilderij voor hen zou maken. En dat was zo onvoorstelbaar lief en begripvol voor iets dat niet uit te leggen viel dat ik er spontaan van begon te huilen. "Het is een engerd", fluisterde ze.
Haar moeder is een buitenaards wezen en hoewel Dusty zelf een djinn is, lijkt het soms alsof ze dwars door je heen kan kijken.Mijn vader had drie weken later minder begrip toen hij op mijn stoep stond de avond dat ik was teruggekeerd."Jij hebt er een handje van huwelijken te ontlopen", was zijn openingszin, een directe sneer naar het feit dat ik niet bij het huwelijk van mijn ouders aanwezig was omdat ik toen boos was. Had trouwens ook met Dana te maken maar daar zal ik nu verder niet over uitweiden."Ik heb het Dusty uitgelegd en ze begreep het", zei ik. "En of anderen het begrijpen interesseert me niet. Ik hou al niet van feesten en een feest waar mensen rondlopen die me schijnen te haten mijd ik liever.""Heeft dit nog steeds met je nicht te maken?", vroeg hij. "Want dan begint het werkelijk ziekelijke vormen aan te nemen."
Ik haalde mijn schouders op en liep mijn huis in. "Je hoeft het niet te snappen, jullie hebben er niks mee te maken. En het spijt me trouwens dat ik niet bij jullie huwelijk was, als ik dat kon terugdraaien deed ik het."
"Laten we hopen dat je op een dag niet hetzelfde gevoel krijgt over dit huwelijk", antwoordde hij en liep met me mee naar binnen waar hij me uitdaagde voor een potje schaken.Eigenlijk is mijn vader een goedsul, hij is nooit lang boos omdat hij een hekel heeft aan ruzie. Hij heeft het liever gezellig, net als Lucca.
Binnen de kortste keren nam het dagelijkse leven het weer over en leek het alsof ik nooit was weg geweest. Alleen een paar souvenirs getuigden van mijn reizen. Het schaakbord en twee stoelen die ik had laten verschepen, een duikput waarvan ik de onderdelen in een tombe had verzameld en nog wat vazen die ik niet wilde verkopen omdat ik ze mooi vond. En een foto van Shun, die vooral mijn moeders onverholen aandacht trok. Ik hielp haar meteen uit de droom."Dat is voorbij mam, geen koddige Chinese kleinkindertjes voor je."
"Oh... jammer. Mooie vrouw. Alleen wat kijkt ze droevig."
"We waren ook droevig maar het is toch voorbij."Terug in Monte Castiglione met zijn hete zomers en ijskoude winters. Wat had ik de sneeuw gemist!Dusty intussen was gelukkiger in de liefde dan ik. Simon Potter, een aardige knul. Verstrooid en superslim net als zij en met een lekker droog gevoel voor humor. Ben blij dat ik het meteen goed met hem kon vinden want Dusty is een soort zusje en mijn beste vriendin tegelijk.Toen ze elkaar zes jaar kenden kondigden ze aan dat ze gingen trouwen en vroegen of ik getuige wilde zijn. Ik zei natuurlijk ja, ik vond het een eer.Komt Dusty een paar dagen later onverwacht nog een keer langs om stotterend te vertellen dat ook Dana er zou zijn. Niet zo gek natuurlijk dat ze die hadden uitgenodigd, Dusty had alleen nooit verwacht dat ze ook daadwerkelijk zou komen.
"Ik ken haar nauwelijks, ik heb het meer gedaan omdat het zo hoort, ik hoop dat je het niet erg vindt." Verlegen keek ze me aan.Ik verzekerde haar dat dat echt geen probleem was, dat dat hoofdstuk achter me lag en dat ik het leuk vond mijn andere nicht weer te zien. Dat loog ik niet, maar ik vertelde er wijselijk niet bij dat er onmiddellijk een zwerm vlinders in mijn buik omhoog fladderde bij de gedachte.Wat verwachtte ik eigenlijk? Hoe heb ik me ooit op dat weerzien kunnen verheugen? Een week voor het huwelijk liep ik in de namiddag van een aangenaam herfstzonnetje te genieten toen ik vanuit mijn ooghoek ineens een opvallend tafereeltje zag. Een jong gezinnetje dat vooral de aandacht trok door hun wat vreemde kleding en hun loom wiekende vleugels. Er wonen nauwelijks elfen in Monte Castiglione. Ik schoot een straatje in en naderde het plein vanuit een andere richting, waar ik verscholen onder een poort een tijdje bleef staren.De gedachte aan Dana had dan misschien vlinders veroorzaakt, om geconfronteerd te worden met haar elfenprins en hun kindertjes viel me rauw op mijn dak.Op het moment dat ik weg wilde lopen keek ze ineens om en heel even leken we oogcontact te hebben, maar in plaats van naar hen toe te lopen vluchtte ik. Wat natuurlijk stupide was, ik zou hen toch onder ogen moeten komen en wat stelde ik me eigenlijk aan.Diezelfde avond belde ik aan bij het huis van Finley, waar de hele familie inderdaad bleek te logeren. Mijn oom Finn deed de deur open en ik zal nooit zijn koele ontvangst vergeten. "Wat kom jij doen?"
Het liefst had ik rechtsomkeert gemaakt maar dat zou op zijn zachtst gezegd vreemd zijn geweest, dus mompelde ik quasi nonchalant iets in de trant van 'ik hoorde dat Dana er is, ik wilde haar even gedag zeggen'.Was dat nou echt zo raar? Hij wist toch dat Dana en ik elkaar goed kenden? Hij keek me stuurs aan, wachtte een paar tellen, zuchtte en ging toen onwillig een stap opzij. In de eerste kamer die ik binnenwandelde stond ze."Silas...?", prevelden haar lippen, maar er kwam geen geluid. Ik wilde iets achteloos antwoorden, iets normaals. Iets als 'ik zag je in het dorp' of 'leuk je weer te zien' of 'nog gefeliciteerd met je huwelijk, het kwam als een complete verrassing', maar in plaats daarvan staarde ik haar alleen maar aan en zij mij.
En op dat moment, zonder dat er dus een woord gesproken werd, wist ik ineens voor de volle honderd procent zeker dat het geen droom was geweest die nacht. Het hing tussen ons in, zo tastbaar dat je het haast kon aanraken.Ergens tikte een klok en in een verre uithoek van het huis hoorde ik kinderen lachen en wij stonden daar maar, als bevroren. En toen haalde ze heel diep adem en deed haar mond open. "Silas, ik moet... ik wil... je moet..."Er klonk gekraak achter me en Dana sloot abrupt haar mond. Er kwam iemand de trap aflopen. Ze keek over mijn schouder de gang in en ik draaide me om. Nog nooit in mijn hele leven ben ik met zoveel kille haat aangekeken. Geschrokken deinsde ik achteruit en botste tegen de deurpost aan.Ik kreeg een slap handje en hij stelde zich voor als Lorian Haleth. Daarna liep hij zonder nog iets te zeggen langs me heen de kamer in waarna mijn oom zei dat het al laat was en dat ik beter kon gaan. Volkomen overstuur tuimelde ik de straat op. Ik had het idee dat ik iets misdaan had door aan te bellen maar ik begreep het niet. Mijn eigen familie is nooit bijzonder gecharmeerd geweest van mijn vriendschap met Dana, maar de vijandigheid die ik in dat huis voelde valt niet te beschrijven.De volgende dag reed ik naar Dusty en zei dat ik niet bij hun huwelijk zou zijn. Ik legde niet uit waarom want dat hoefde niet. Dusty keek me aan en knikte alleen maar. En zei dat ze me vergaf als ik een mooi schilderij voor hen zou maken. En dat was zo onvoorstelbaar lief en begripvol voor iets dat niet uit te leggen viel dat ik er spontaan van begon te huilen. "Het is een engerd", fluisterde ze.
Haar moeder is een buitenaards wezen en hoewel Dusty zelf een djinn is, lijkt het soms alsof ze dwars door je heen kan kijken.Mijn vader had drie weken later minder begrip toen hij op mijn stoep stond de avond dat ik was teruggekeerd."Jij hebt er een handje van huwelijken te ontlopen", was zijn openingszin, een directe sneer naar het feit dat ik niet bij het huwelijk van mijn ouders aanwezig was omdat ik toen boos was. Had trouwens ook met Dana te maken maar daar zal ik nu verder niet over uitweiden."Ik heb het Dusty uitgelegd en ze begreep het", zei ik. "En of anderen het begrijpen interesseert me niet. Ik hou al niet van feesten en een feest waar mensen rondlopen die me schijnen te haten mijd ik liever.""Heeft dit nog steeds met je nicht te maken?", vroeg hij. "Want dan begint het werkelijk ziekelijke vormen aan te nemen."
Ik haalde mijn schouders op en liep mijn huis in. "Je hoeft het niet te snappen, jullie hebben er niks mee te maken. En het spijt me trouwens dat ik niet bij jullie huwelijk was, als ik dat kon terugdraaien deed ik het."
"Laten we hopen dat je op een dag niet hetzelfde gevoel krijgt over dit huwelijk", antwoordde hij en liep met me mee naar binnen waar hij me uitdaagde voor een potje schaken.Eigenlijk is mijn vader een goedsul, hij is nooit lang boos omdat hij een hekel heeft aan ruzie. Hij heeft het liever gezellig, net als Lucca.